De wet van 4 februari 2020 houdende boek 3 "Goederen" van het Burgerlijk Wetboek, meer bepaald artikel 3.58, 3.59 en 3.60 verplicht te gemeente om:
Omwille van deze verantwoordelijkheid die de gemeente opneemt inzake rgistratie en opvolging van gevonden voorwerpen, is het noodzakelijk om een reglement op te stellen.
Wet van 4 februari 2020 houdende boek 3 “Goederen” van het Burgerlijk Wetboek artikelen 3.58, 3.59 en 3.60.
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, het laatst gewijzigd bij decreet van 6 december 2024 tot wijziging van artikel 6 van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, wat betreft een verbeterende akte als gevolg van een arrest dat de verkiezingsuitslag wijzigt, meer bepaald de artikelen 41, 2°; 56, §3, 1°; 285 tot en met 288.
De gemeente Oostrozebeke heeft de verplichting om verloren en gevonden voorwerpen gedurende drie maanden te bewaren, zodat burgers via de website van de website van de gemeente deze voorwerpen alsnog kunnen terugkrijgen en ophalen.
Artikel 56, §3, 1° van het Decreet Lokaal Bestuur bepaalt dat het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen, in voorkomend geval binnen de door de gemeenteraad vastgestelde algemene regels.
Artikel 41, 2° van het Decreet Lokaal Bestuur geeft een opsomming van de bevoegdheden van de gemeenteraad, die niet kunnen gedelegeerd worden aan het college van burgemeester en schepenen, waaronder het vaststellen van andere gemeentelijke reglementen dan die over personeelsaangelegenheden, en het bepalen van straffen en administratieve sancties bij de overtreding van die reglementen.
Ingevolgde de wet van 4 februari 2020 houdende boek 3 “Goederen” van het Burgerlijk Wetboek, meer bepaald de artikelen 3.58, 3.59 en 3.60 is de gemeente onder andere verplicht om:
In het tijdschrift "Lokaal 2022-6" van VVSG (pagina 26 en 27) werd de nieuwe gemeentelijke verantwoordelijkheid toegelicht:
"Sinds 1 september 2021 is het bewaren van gevonden voorwerpen de verantwoordelijkheid van de gemeente.
Elke gemeente moet zelf zien hoe ze dit in goede banen leidt, waardoor de registratie overal op een verschillende manier gebeurt.
Hoe kan ik dan mijn hoed terugvinden?
Bovendien moet de gemeente alle gevonden voorwerpen, behalve fietsen en bederfbare waren, zes maanden bewaren, maar ze blijven vijf jaar na de registratie eigendom van de oorspronkelijke eigenaar, die dus vijf jaar de kans heeft om het voorwerp terug te vinden.
Dit is het retentierecht.
Nieuw is ook dat de vinder het voorwerp al die tijd mag bewaren en hiervoor aansprakelijk is.
Zes maanden na registratie bij de gemeente mag hij het voorwerp ook gebruiken.
De oorspronkelijke eigenaar kan daar wel de kosten voor in rekening brengen.
Wanneer de vinder of gemeente kosten heeft moeten maken om het voorwerp in goede staat te houden moet de eigenaar deze aan de vinder of gemeente vergoeden voor hij het voorwerp weer in zijn bezit kan nemen (retentierecht).
Hun nieuwe verantwoordelijkheid opnemen en het overzicht bewaren is voor gemeenten geen sinecure."
Toelichting door mevrouw Vervaeck, schepen.
niet van toepassing
niet van toepassing
niet van toepassing
Artikel 1
De raad keurt het gemeentelijk reglement verloren en gevonden voorwerpen goed met volgende bepalingen:
Gemeentelijk reglement betreffende de verloren of gevonden voorwerpen
Dit reglement bepaalt de behandeling van verloren of gevonden voorwerpen door het lokaal bestuur van Oostrozebeke.
Sinds 1 september 2021 geldt voor de verloren of gevonden voorwerpen de regeling uit de Wet van 4 februari 2020 houdende boek 3 “goederen” van het Burgerlijk Wetboek.
De vinder moet een redelijke poging ondernemen om de eigenaar van het gevonden voorwerp terug te vinden.
Bij aangifte bij het lokaal bestuur van Oostrozebeke wordt de aangifte opgenomen in het register van gevonden zaken en laat de vinder dit desgevallend weten aan het lokaal bestuur, waar de zaak gevonden werd.
Goederen, die verwijderd moeten worden omwille van redenen van veiligheid, gemak van doorgang of ingevolge uithuiszetting, dienen ook opgenomen te worden in het register.
Iedere dienst staat zelf in voor de registratie en bewaring van verloren voorwerpen in het register.
De technische dienst staat in voor de bewaring van fietsen en bromfietsen, evenals inboedels na uithuiszetting.
De lokale politiezone bezorgt de verloren voorwerpen die bij de politiepost afgeleverd werden en in Oostrozebeke gevonden zijn, bij het lokaal bestuur van Oostrozebeke.
Dit laatste lokaal bestuur maakt daar ook melding van in haar eigen register.
Ingeval de eigenaar niet kan worden teruggevonden, dan moet hij/zij binnen de zeven dagen aangifte doen bij het lokaal bestuur, waar de zaak gevonden is, of bij een ander lokaal bestuur naar keuze.
Verloren of gevonden voorwerpen kunnen tijdens de openingsuren van het gemeentehuis afgeleverd worden aan de onthaalbalie bij een onthaalmedewerker.
Alle goederen worden geregistreerd via het invulformulier op de website of via het formulier bij de afdeling onthaal en bevolking in het gemeentehuis.
Volgende velden dienen ingevuld te worden:
De medewerker krijgt de kans om in het register volgende zaken bij te voegen:
Dit register kan geraadpleegd worden aan de onthaalbalie tijdens de openingsuren van het gemeentehuis.
Het lokaal bestuur doet de nodige inspanningen om de eigenaar te vinden. Via een aparte facebookpagina worden de inwoners op de hoogte gebracht van de verloren voorwerpen.
In “de Wiemkes” worden de verloren goederen maandelijks uitgestald alvorens zij opgenomen worden in het register.
Wanneer het lokaal bestuur van Oostrozebeke de identiteit van de eigenaar van het gevonden voorwerp kent, brengt het lokaal bestuur van Oostrozebeke de eigenaar binnen de maand na ontvangst van de aangifte op de hoogte per aangetekende zending.
Als er identificeerbare documenten (bijvoorbeeld identiteitskaarten of rijbewijzen) gevonden worden, brengt de onthaalmedewerker de lokale politiezone hiervan op de hoogte.
Zo kan vermeden worden dat de documenten verder geseind worden of blijven.
Het lokaal bestuur kan na zes maanden te goeder trouw en op een economisch verantwoorde wijze beschikken over het voorwerp.
Uitzonderingen hierop zijn:
In geval van verkoop moet het lokaal bestuur van Oostrozebeke de opbrengst ter beschikking van de eigenaar of van zijn rechtverkrijgenden houden.
Het gevonden voorwerp blijft toebehoren aan de oorspronkelijke eigenaar en het lokaal bestuur van Oostrozebeke wordt slechts eigenaar vijf jaar na de opname in het register, voor zover de oorspronkelijke eigenaar zich niet kenbaar heeft gemaakt.
Het lokaal bestuur van Oostrozebeke heeft een retentierecht, zolang de eigenaar de verplichting tot vergoeding van de redelijke kosten van bewaring, behoud en opsporing niet heeft nagekomen.
Goederen, die gevonden worden in een gebouw dat eigendom is van de gemeente, worden door de desbetreffende afdeling bijgehouden.
Goederen gevonden binnen de gemeentegrenzen worden bewaard door de afdeling onthaal en bevolking.
Waardevolle goederen worden bewaard in een kluis, m.u.v. fietsen, bromfietsen en auto’s.
Voorwerpen, die minder dan zes maanden geleden verloren geraakt zijn, kunnen afgehaald worden aan het onthaal tijdens de openingsuren van het gemeentehuis.
Als het voorwerp wordt afgehaald, wordt in het register de datum van afhaling en de gegevens van de ophaler genoteerd.
De ophaler bewijst zijn of haar eigendoms- of bezitsrecht met alle middelen van recht en tekent voor ontvangst.
Voor het ophalen van fietsen, bromfietsen of ander groot materieel moet op voorhand een afspraak gemaakt worden met de afdeling onthaal en bevolking in het gemeentehuis.
Is de termijn van bewaring verstreken, kan het lokaal bestuur of de vinder op een economisch verantwoorde wijze beschikken over de zaak.
Dit kan verschillende zaken betekenen:
In geval van verkoop moet het lokaal bestuur de opbrengst ter beschikking van de eigenaar of van zijn rechtverkrijgenden houden. Het voorwerp blijft toebehoren aan zijn oorspronkelijke eigenaar en de gemeente of vinder wordt slechts eigenaar vijf jaar na de opname in het register voor zover de oorspronkelijke eigenaar zich niet kenbaar heeft gemaakt.
Het lokaal bestuur heeft een retentierecht, zolang de eigenaar de verplichting tot vergoeding van de redelijke kosten van bewaring, behoud en opsporing niet heeft nagekomen.
De lijst van goederen wordt overgedragen aan de afdeling interne werking, die bepaalt welke goederen in aanmerking komen voor vernietiging, schenking of verkoop.
Voor elk voorwerp in het register wordt bij de finale afhandeling door de afdeling interne werking genoteerd aan welke dienst het werd toegewezen, met vermelding van de datum van overdracht en retentierecht.
De afgifte, bewaring en vernietiging van verloren en gevonden voorwerpen brengt weinig tot geen kosten met zich mee.
In geval er toch kosten ontstaan voor het weghalen en bewaren van de goederen, mag het lokaal bestuur deze aanrekenen aan de eigenaar of zijn of haar rechtverkrijgenden.
De gemeente kan de teruggave van de goederen afhankelijk stellen van de betaling van die kosten.
Dit reglement wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikelen 285 tot en met 288 van het decreet over het lokaal bestuur en wordt bekendgemaakt aan de toezichthoudende overheid overeenkomstig artikel 330, 1ste lid van het decreet over het lokaal bestuur.
Artikel 2
Het gemeentelijk reglement betreffende de verloren of gevonden voorwerpen treedt in werking op 1 november 2025.