Het belastingreglement op de verandering van voornamen werd vastgesteld voor de aanslagjaren 2019 tot en met 2025.
Voor de periode 2026-2031 moet het opnieuw worden vastgesteld.
Grondwet, in het bijzonder artikel 41, 162 en 170.
Wet van 18 juni 2018 houdende diverse bepalingen inzake burgerlijk recht en bepalingen met het oog op de bevordering van alternatieve vormen van geschillenoplossing.
Het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen, het laatst gewijzigd bij decreet van 3 mei 2024 tot wijziging van het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen.
Omzendbrief van 18 juli 2018 van Koen Geens, minister van justitie, houdende diverse bepalingen inzake burgerlijk recht en bepalingen met het oog op de bevordering van alternatieve vormen van geschillenoplossing, waarbij de bevoegdheid inzake verandering van voornamen wordt overgedragen aan de ambtenaren van de burgerlijke stand en de voorwaarden en de procedure ervan worden geregeld.
De financiële toestand van de gemeente.
De bevoegdheid inzake verandering van voornamen is door de wet van 18 juni 2018 overgedragen aan de ambtenaren van de burgerlijke stand.
Voor deze procedure kan een belasting aangerekend worden.
Voor de periode 2026-2031 wordt het belastingreglement op de verandering van voornamen opnieuw vastgesteld.
Vanaf 2026 worden de tarieven jaarlijks aangepast om tegemoet te komen aan de evolutie in de kostenontwikkeling van het lokaal bestuur.
Toelichting door de heer Derudder, burgemeester.
De ontvangst is voorzien in het meerjarenplan 2026-2031, actie 226, budgetrekening 0020-00/7315000.
niet van toepassing
niet van toepassing
Artikel 1
Er wordt voor een termijn aanvangend op 1 januari 2026 en eindigend op 31 december 2031 een belasting geheven op de verandering van voornamen.
Artikel 2
Het bedrag van de belasting op verandering van voornamen wordt vastgesteld conform onderstaande tabel:
| Jaar | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 | 2030 | 2031 |
| Bedrag per persoon (in euro) | 590,00 | 610,00 | 630,00 | 650,00 | 670,00 | 690,00 |
Artikel 3
Het bedrag van de belasting op verandering van voornamen gedaan door een transgender wordt vastgesteld conform onderstaande tabel:
| Jaar | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 | 2030 | 2031 |
| Bedrag per persoon (in euro) | 59,00 | 61,00 | 62,00 | 64,00 | 66,00 | 68,00 |
Artikel 4
In afwijking van artikel 2 kan het bedrag van de belasting worden verminderd tot het bedrag in artikel 3 indien de te wijzigen voornaam:
Artikel 5
De belasting wordt contant geïnd, bij het ondertekenen van het verzoek tot verandering van de voornamen.
Artikel 6
De belastingschuldige kan bezwaar indienen tegen de belastingaanslag bij het college van burgemeester en schepenen.
Het bezwaar moet, op straffe van nietigheid, schriftelijk bij het college van burgemeester en schepenen of via e-mail op het e-mailadres belastingen@oostrozebeke.be worden ingediend, ondertekend zijn en worden gemotiveerd.
De indiening van het bezwaar moet, op straffe van verval, gebeuren binnen een termijn van drie maanden vanaf de datum van de contante inning.
Het wordt gedagtekend en ondertekend door de eiser of zijn vertegenwoordiger en vermeldt:
De belastingschuldige of zijn vertegenwoordiger die wenst gehoord te worden moet dit uitdrukkelijk vermelden in zijn bezwaar.
Van het bezwaarschrift wordt een ontvangstmelding verzonden, binnen de vijftien kalenderdagen na de indiening ervan naar enerzijds de belastingschuldige en, in voorkomend geval, zijn vertegenwoordiger en anderzijds de financieel beheerder.
Artikel 7
De belasting wordt ingevorderd met toepassing van de bepalingen van het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen, het laatst gewijzigd bij decreet van 3 mei 2024 tot wijziging van het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen.
Artikel 8
Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2026.