De voorzitter opent de zitting op 04/09/2025 om 19:47.
De nieuwe legislatuur en het model huishoudelijk reglement van de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG).
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, het laatst gewijzigd bij decreet van 6 december 2024 tot wijziging van artikel 6 van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, wat betreft een verbeterende akte als gevolg van een arrest dat de verkiezingsuitslag wijzigt.
Besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 7 maart 2019 betreffende huishoudelijk reglement van de raad voor maatschappelijk welzijn: vaststellen, het laatst gewijzigd bij besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 27 januari 2022 betreffende huishoudelijk reglement van de raad voor maatschappelijk welzijn: wijzigen.
Model huishoudelijk reglement van Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (https://www.vvsg.be/nieuwsoverzicht/vvsg-lanceert-nieuwe-modellen-voor-huishoudelijke-reglementen).
De Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG) stelt nieuwe modellen beschikbaar voor het huishoudelijk reglement van de raad voor maatschappelijk welzijn.
Aan het begin van elke bestuursperiode moet de raad voor maatschappelijk welzijn een huishoudelijk reglement vaststellen.
Dat reglement zorgt voor een duidelijke structuur in de besluitvorming en beschrijft de rechten en plichten van de raadsleden.
Het huishoudelijk reglement van de raad voor maatschappelijk welzijn wordt zoveel als mogelijk afgestemd op het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad om de samenwerking tussen gemeente en OCMW te versterken.
Toelichting van de heer Derudder, voorzitter vast bureau.
niet van toepassing
niet van toepassing
De heer Vandenbroucke, raadslid.
Artikel 1
De raad voor maatschappelijk welzijn heft het bestaand huishoudelijk reglement, goedgekeurd bij besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 7 maart 2019 betreffende huishoudelijk reglement van de raad voor maatschappelijk welzijn: vaststellen, het laatst gewijzigd bij besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 27 januari 2022 betreffende huishoudelijk reglement van de raad voor maatschappelijk welzijn: wijzigen, op.
Artikel 2
De raad voor maatschappelijk welzijn keurt haar huishoudelijk reglement goed als volgt:
RAAD VOOR MAATSCHAPPELIJK WELZIJN 2025-2030
BIJEENROEPING
Artikel 1.
§1.
De raad voor maatschappelijk welzijn (hierna: OCMW-raad) vergadert zo dikwijls als de zaken, die tot zijn bevoegdheid behoren het vereisen en dit ten minste tienmaal per jaar.
§ 2.
De OCMW-raad vergadert in de raadzaal van het gemeentehuis, in het gemeenschapscentrum OC Mandelroos (Eenaemezaal) aan het Gemeenteplein, 1, of in de gemeenschapszaal Tjuf aan de Tieltsteenweg, 8.
Artikel 2.
§1.
De voorzitter van de OCMW-raad beslist tot bijeenroeping van de OCMW-raad en stelt de agenda van de vergadering op.
§2.
De voorzitter kan de gemeente- en OCMW-raad bijeenroepen door een gezamenlijke oproeping met als bedoeling de vergaderingen aansluitend te laten plaats vinden.
Hierbij stelt de voorzitter voor de gemeente- en de OCMW-raad duidelijk onderscheiden agenda’s op.
§3.
De oproeping wordt verzonden via het persoonlijke e-mailadres van elk raadslid.
De dossiers die betrekking hebben op de agenda worden ter beschikking gesteld op de wijze bepaald in artikel. 9, §1 van dit reglement.
§ 4.
De voorzitter van de OCMW-raad moet de OCMW-raad bijeenroepen op verzoek van:
In hun schriftelijke aanvraag aan de algemeen directeur moeten de aanvragers de agenda vermelden, met voor elk punt een toegelicht voorstel van beslissing, en de datum en het uur van de beoogde vergadering.
De algemeen directeur bezorgt vervolgens de voorstellen aan de voorzitter van de OCMW-raad.
De aanvraag moet ondertekend zijn door minstens het vereiste aantal raadsleden en moet tijdig ingediend worden zodat de voorzitter de oproepingstermijnen, bepaald in artikel 2, § 4. van dit reglement, kan nakomen.
§ 5.
De voorzitter roept de vergadering bijeen op de voorgestelde datum en het aangewezen uur en met de voorgestelde agenda.
De voorzitter kan punten aan de agenda toevoegen.
§ 6.
De oproeping wordt minstens acht dagen vóór de dag van de vergadering bezorgd aan de OCMW-raadsleden.
In spoedeisende gevallen kan gemotiveerd van deze oproepingsperiode worden afgeweken.
Het is de bevoegdheid van de raadsvoorzitter om die spoedeisendheid vast te stellen.
Een gezamenlijke oproeping in spoedeisende gevallen kan enkel als er zowel voor de gemeenteraad als de OCMW-raad spoedeisende punten zijn.
§ 7.
De oproeping vermeldt in elk geval de plaats, de dag, het tijdstip en de agenda van de vergadering.
De agendapunten moeten voldoende duidelijk omschreven zijn.
Voor elk punt dat ter stemming voorligt moet een toegelicht voorstel van beslissing toegevoegd zijn.
Minstens één dergelijk punt moet op de agenda staan.
Een gezamenlijke oproeping bevat duidelijk onderscheiden agenda’s voor de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn.
Artikel 3.
§1.
OCMW-raadsleden kunnen uiterlijk vijf dagen vóór de vergadering punten aan de agenda van de OCMW-raad toevoegen.
Hiertoe bezorgen ze hun toegelicht voorstel van beslissing aan de algemeen directeur, die de voorstellen bezorgt aan de voorzitter van de OCMW-raad.
Een lid van het vast bureau, noch het vast bureau als orgaan, kan van deze mogelijkheid gebruik maken.
§2.
De algemeen directeur deelt de aanvullende agendapunten, zoals vastgesteld door de voorzitter van de OCMW-raad, onmiddellijk mee aan de OCMW-raadsleden, samen met de bijbehorende toegelichte voorstellen via de notuleringstoepassing..
FYSIEK, DIGITAAL OF HYBRIDE
Artikel 4.
§ 1.
De OCMW-raad kan enkel digitaal vergaderen in volgende uitzonderlijke omstandigheden:
Pas nadat de raadsvoorzitter vastgesteld heeft dat een dergelijke uitzonderlijke omstandigheid zich effectief voordoet, wordt overgegaan tot een digitale vergadering van de OCMW-raad.
Dezelfde voorwaarden voor de oproeping gelden als in artikel 2 van dit reglement, met daarbij de duidelijk vermelding dat het om een digitale vergadering gaat, inclusief de link met de toegang tot de digitale vergadering.
Is de oproeping voor vergadering reeds verstuurd, dan blijft die geldig, maar wordt op dezelfde wijze een aanvulling gestuurd die duidelijk maakt dat de vergadering enkel digitaal zal doorgaan, inclusief de link met de toegang tot de digitale vergadering.
Van die aanvulling kan geen gebruik gemaakt worden om nog bijkomende punten aan de agenda toe te voegen.
Ook de bekendmaking voor het publiek wordt op dezelfde wijze als in artikel 8, §1 van dit reglement aangevuld.
De voorwaarden uit het besluit van de Vlaamse Regering van 10 september 2021 over de voorwaarden voor digitaal of hybride vergaderen voor de organen van de lokale besturen gelden onverminderd.
§ 2.
De OCMW-raad kan enkel hybride vergaderen in volgende omstandigheden:
Pas nadat de raadsvoorzitter vastgesteld heeft dat een dergelijke uitzonderlijke omstandigheid zich effectief voordoet, wordt overgegaan tot een hybride vergadering van de OCMW-raad.
De voorzitter van de OCMW-raad is steeds fysiek aanwezig bij een hybride vergadering.
Dezelfde voorwaarden voor de oproeping gelden als in artikel 2 van dit reglement, met daarbij de duidelijk vermelding dat het om een hybride vergadering gaat, inclusief de link met de digitale toegang tot de hybride vergadering.
De oproeping vermeldt welke raadsleden digitale toegang hebben.
Is de oproeping voor vergadering reeds verstuurd, dan blijft die geldig, maar wordt op dezelfde wijze een aanvulling gestuurd, die duidelijk maakt dat de vergadering hybride zal doorgaan, inclusief de link met de digitale toegang tot de vergadering.
Van die aanvulling kan geen gebruik gemaakt worden om nog bijkomende punten aan de agenda toe te voegen.
Ook de bekendmaking voor het publiek wordt op dezelfde wijze als in artikel 8, §1 van dit reglement aangevuld.
De voorwaarden uit het besluit van de Vlaamse Regering van 10 september 2021 over de voorwaarden voor digitaal of hybride vergaderen voor de organen van de lokale besturen gelden onverminderd.
OPENBAAR OF BESLOTEN
Artikel 5.
§1.
De vergaderingen van de OCMW-raad zijn in principe openbaar.
§2.
De vergadering is niet openbaar als:
§3.
De vergaderingen over de beleidsrapporten (= het meerjarenplan, de aanpassingen van het meerjarenplan en de jaarrekening) zijn in elk geval openbaar.
Artikel 6.
De besloten vergadering kan enkel plaatsvinden na de openbare vergadering, uitgezonderd in tuchtzaken.
Bij een gezamenlijke oproeping opent de voorzitter eerst de openbare zitting van de OCMW-raad, waarbij de voorzitter de vergadering van de OCMW-raad schorst nadat de agenda van het openbare deel afgewerkt is.
Tijdens deze schorsing van de gemeenteraad opent de voorzitter de openbare zitting van de OCMW-raad, gevolgd door de eventuele besloten zitting van de OCMW-raad.
Na het sluiten van de vergadering van de OCMW-raad, opent de voorzitter het besloten deel van de gemeenteraad.
Als tijdens de openbare vergadering van de OCMW-raad blijkt dat de behandeling van een punt in besloten zitting moet worden voortgezet, kan de openbare vergadering van de OCMW-raad, enkel met dit doel, worden onderbroken.
Als tijdens de besloten vergadering van de OCMW-raad blijkt dat de behandeling van een punt in openbare zitting moet gebeuren, dan wordt dat punt opgenomen op de agenda van de eerstvolgende OCMW-raad.
In geval van dringende noodzakelijkheid van het punt, of in geval van de eedaflegging van een personeelslid kan de besloten zitting, enkel met dat doel, worden onderbroken.
Artikel 7.
De OCMW-raadsleden, alsmede alle andere personen, die krachtens de wet of het decreet de besloten vergaderingen van de OCMW-raad bijwonen, zijn tot geheimhouding verplicht.
INFORMATIE VOOR HET PUBLIEK
Artikel 8.
§1.
Plaats, dag, uur en agenda van de vergadering van de OCMW-raad en de agenda ervan worden openbaar bekend gemaakt door publicatie op de webtoepassing van de gemeente.
Dit gebeurt uiterlijk acht dagen voor de vergadering.
Deze bekendmaking wordt gecommuniceerd via de sociale-media-kanalen van het lokaal bestuur.
Indien raadsleden punten aan agenda toevoegen, wordt de aangepaste agenda binnen de 24 uur nadat hij is vastgesteld, op dezelfde wijze bekendgemaakt
In spoedeisende gevallen wordt de agenda uiterlijk 24 uur nadat hij is vastgesteld, en uiterlijk vóór de aanvang van de vergadering, op dezelfde wijze bekendgemaakt.
§ 2.
De agenda van de vergadering van de raad wordt bezorgd aan alle lokale perscorrespondenten.
INFORMATIE VOOR RAADSLEDEN
Artikel 9.
§1.
Vanaf de verzending van de oproeping worden op de notuleringstoepassing van het OCMW voor de raadsleden alle stukken ter beschikking gesteld, die horen bij de agenda.
In het bijzonder gaat het over de verklarende nota's, de feitelijke gegevens, de eventueel verleende adviezen en de gemotiveerde ontwerpen van beslissing.
Ook de nog goed te keuren notulen en het nog goed te keuren zittingsverslag van de vorige vergadering worden op dezelfde wijze ter beschikking gesteld.
§2.
De ontwerpen van meerjarenplan, aanpassingen van het meerjarenplan en jaarrekening worden op zijn minst veertien dagen vóór de vergadering, waarop ze besproken worden aan ieder lid van de gemeenteraad bezorgd op de notuleringstoepassing én op papier.
Vanaf het ogenblik dat het ontwerp van het beleidsrapport bezorgd is aan de raadsleden, wordt aan hen ook de bijbehorende documentatie ter beschikking gesteld.
Deze stukken worden op dezelfde wijze bezorgd aan de raadsleden zoals in artikel 9, §1 van dit reglement.
Artikel 10.
Aan de raadsleden moet, op hun verzoek, door de algemeen directeur of de door hem aangewezen personeelsleden technische toelichting worden verstrekt over de stukken in de dossiers voor de vergadering van de OCMW-raad.
Onder technische toelichting wordt verstaan het verstrekken van inlichtingen ter verduidelijking van de feitelijke gegevens, die in de dossiers voorkomen en van het verloop van de procedure.
De raadsleden richten hun verzoek per e-mail aan de algemeen directeur.
Vragen worden op dezelfde wijze beantwoord als ze gesteld worden, tenzij het raadslid en de algemeen directeur (of het aangewezen personeelslid) anders overeenkomen.
Artikel 11.
§1.
De OCMW-raadsleden hebben, ongeacht de drager, het recht van inzage in alle dossiers, stukken en akten betreffende het bestuur van het OCMW.
§2.
De notulen van het vast bureau worden, uiterlijk op dezelfde dag als de vergadering van het vast bureau volgend op deze, waarop de notulen werden goedgekeurd, verstuurd aan de OCMW-raadsleden via de notuleringstoepassing van het OCMW.
§3.
De briefwisseling gericht aan de voorzitter van de OCMW-raad en die bestemd is voor de OCMW-raad, wordt binnen de drie dagen via e-mail met een link naar de brief op het netwerk van de gemeente meegedeeld aan de OCMWraadsleden.
§4.
De raadsleden hebben via de notuleringstoepassing van de gemeente steeds toegang tot het register van ingaande en uitgaande briefwisseling en tot alle volgende documenten, die opgemaakt zijn tijdens de huidige bestuursperiode:
§5.
Alle andere dossiers, stukken en akten, die betrekking hebben op het bestuur van de gemeente dan die in artikel 9 en artikel 11, § 2 tot § 4 van dit reglement, kunnen door de raadsleden op vraag geraadpleegd worden via de notuleringstoepassing van het OCMW.
De raadsleden vragen inzage via e-mail aan de algemeen directeur.
Daarbij geven ze duidelijk aan welke concrete stukken ze wensen in te zien.
Het moet gaan om een vraag die niet onredelijk is.
Om de algemeen directeur in de mogelijkheid te stellen te onderzoeken of de gevraagde stukken of akten betrekking hebben op het bestuur van het OCMW, delen de raadsleden aan de algemeen directeur schriftelijk mee welke documenten zij wensen te raadplegen.
Uiterlijk drie acht dagen na ontvangst van de aanvraag antwoordt de algemeen directeur via e-mail met een link naar het netwerk van het OCMW, waarop de stukken beschikbaar gesteld worden.
De stukken worden vanaf dat moment minstens acht dagen beschikbaar gesteld. Indien een raadslid vermoedt dat een opgevraagd stuk onvolledig is, meldt het raadslid dit onmiddellijk aan de algemeen directeur.
Ook als de inzage geweigerd wordt, antwoordt de algemeen directeur binnen dezelfde termijn via een e-mail met daarin de motivering waarom de inzage geweigerd wordt.
Het raadslid, dat de in deze § bedoelde stukken niet is komen raadplegen tijdens de week volgend op het tijdstip, waarop hem is meegedeeld dat ze ter inzage liggen, wordt geacht af te zien van inzage.
Voor de dossiers die betrekking hebben op de persoonlijke levenssfeer van cliënten van het OCMW of hun onderhoudsplichtigen, bestaat er wel een inzagerecht, maar mag geen afschrift gegeven worden.
Wanneer dergelijke stukken opgevraagd worden, zorgt het bestuur ervoor dat de afdrukmogelijkheden uitgeschakeld zijn.
§6.
De OCMW-raadsleden kunnen via een gelijkaardige procedure en termijnen als in §5 van dit artikel een afschrift verkrijgen van die dossiers, stukken en akten.
De gevraagde afschriften worden niet ter beschikking gesteld via de notuleringstoepassing van het OCMW, maar ter afhaling klaargelegd op het secretariaat van het OCMW of per e-mail doorgestuurd, op uitdrukkelijke vraag van het betrokken raadslid.
Er wordt geen vergoeding gevraagd voor een geleverd afschrift, tenzij de aanvraag zeer omvangrijk is.
Artikel 12.
Raadsleden hebben het recht de gemeentelijke instellingen, en diensten, die het OCMW opricht en beheert, te bezoeken.
Om de algemeen directeur in de mogelijkheid te stellen dit bezoekrecht praktisch te organiseren, delen de raadsleden minstens drie dagen vooraf schriftelijk mee welke instellingen of diensten ze willen bezoeken en welke dag en welk uur hun voorkeur heeft.
Tijdens het bezoek van een inrichting of dienst van de gemeente mogen de raadsleden zich niet mengen in de werking.
De raadsleden zijn op bezoek en gedragen zich als een bezoeker.
Artikel 13.
Raadsleden hebben het recht om schriftelijke en mondelinge vragen te stellen aan het vast bureau over gemeentelijke aangelegenheden.
Daarvoor is geen toegelicht voorstel van beslissing nodig.
Raadsleden stellen hun schriftelijke vragen via een e-mail aan de algemeen directeur. De algemeen directeur bevestigt meteen via e-mail de ontvangst van de vraag.
Raadsleden kunnen mondelinge vragen stellen:
Ten laatste op de tweede werkdag om 9 uur 's morgens vóór de raadsvergadering kunnen de raadsleden of hun fractie via een e-mail aan de algemeen directeur hun mondelinge vragen bezorgen.
Bij de vraagstelling wordt aangegeven:
In dat geval kan het raadslid of een lid van zijn of haar fractie in de OCMW-raad de vragen mondeling stellen op de OCMW-raad en antwoordt de burgemeester of een schepen meteen op de zitting;
De mondelinge vragen worden gesteld na afhandeling van de agendapunten van de openbare vergadering van de OCMW-raad, waarover gestemd moet worden.
Is het conform artikel 5, §2 van dit reglement niet mogelijk de vraag te behandelen in het openbare deel van de vergadering, dan wordt die behandeld bij de start van het besloten deel.
Raadsleden kunnen ook schriftelijke vragen stellen
Op schriftelijke vragen van raadsleden wordt binnen de maand na ontvangst schriftelijk geantwoord.
De mondelinge en scbriftelijke vragen en antwoorden worden niet opgenomen in de notulen.
QUORUM
Artikel 14.
§1.
Vooraleer aan de vergadering van de OCMW-raad deel te nemen, tekenen de leden de aanwezigheidslijst.
De namen van de leden die deze lijst tekenden, worden in de notulen vermeld.
§2.
De OCMW-raad kan enkel beraadslagen of beslissen als de meerderheid van de zitting hebbende leden aanwezig is.
Indien een kwartier na het vastgestelde uur niet voldoende leden aanwezig zijn om geldig te kunnen beraadslagen, stelt de voorzitter vast dat de vergadering niet kan doorgaan.
Indien tijdens de vergadering het quorum niet meer gehaald wordt, schorst de voorzitter de vergadering voor een kwartier.
Stelt de voorzitter na de heropening vast dat er nog steeds niet voldoende leden aanwezig zijn om geldig te vergaderen, dan sluit de voorzitter de vergadering.
De agendapunten die niet afgehandeld zijn, worden hernomen bij de start van de eerstvolgende raadsvergadering.
Ze worden ook op die wijze opgenomen in de agenda.
§3.
De OCMW-raad kan echter, als hij eenmaal bijeengeroepen is zonder dat het vereiste aantal leden aanwezig is, na een tweede oproeping, ongeacht het aantal aanwezige leden, op geldige wijze beraadslagen en beslissen over de onderwerpen die voor de tweede maal op de agenda voorkomen.
In de oproeping wordt vermeld dat het om een tweede oproeping gaat. In de tweede oproeping worden de bepalingen van artikel 26 van het decreet over het lokaal bestuur overgenomen.
VERGADEREN
Artikel 15.
§1.
De raadsvoorzitter zit de vergaderingen van de OCMW-raad voor, en opent en sluit de vergaderingen.
§2.
Op vraag van een raadslid, of op eigen initiatief, kan de voorzitter de vergadering schorsen als dat wenselijk is.
De duur van de schorsing wordt bepaald door de voorzitter van de raad.
Van deze schorsing wordt melding gemaakt in de notulen.
§3.
Het laten deelnemen van derden aan de vergadering is slechts toegelaten in de gevallen bepaald in het decreet over het lokaal bestuur en de reglementen van de OCMW-raad.
Buiten deze gevallen kunnen derden bij de behandeling van een bepaald agendapunt slechts toegelaten worden met het oog op het verstrekken van informatie, toelichtingen en/of technische adviezen inzake materies, waarin zij uit hoofde van hun vorming, kwalificatie en/of beroepservaring als deskundig worden erkend.
De voorzitter kan derden uitnodigen.
Derden kunnen in geen geval deelnemen aan de besluitvorming en mogen het besloten deel van de vergadering enkel bijwonen gedurende de toelichting, die ze geven.
De voorzitter bepaalt wanneer een derde tijdens de raad het woord krijgt.
§4.
De voorzitter van de OCMW-raad geeft bij het begin van de raad kennis van de tot de raad gerichte verzoeken en doet alle mededelingen die de raad aanbelangen.
De OCMW-raad vat daarna de behandeling aan van de punten die vermeld staan op de agenda, in de daardoor bepaalde volgorde, tenzij de raad er anders over beslist.
§5.
Een punt dat niet op de agenda van de OCMW-raad voorkomt, mag niet in bespreking worden gebracht, behalve in spoedeisende gevallen.
Tot spoedbehandeling kan enkel worden besloten door ten minste twee derde van de aanwezige leden.
De namen van die leden en de motivering van de spoedeisendheid worden in de notulen vermeld.
Artikel 16.
§1.
Nadat het agendapunt werd toegelicht, vraagt de voorzitter van de OCMW-raad of er amendementen zijn op het voorstel van beslissing en welk lid aan het woord wenst te komen over het voorstel.
Als er amendementen zijn, worden deze schriftelijk bezorgd aan de voorzitter.
Ze worden mondeling toegelicht door de indiener wanneer die het woord krijgt.
Een amendement is een voorstel tot wijziging van de voorgestelde beslissing bij een agendapunt, zonder dat de voorgestelde beslissing daardoor fundamenteel verandert.
Wordt er twijfel geuit of het wel gaat om een amendement of een nieuw agendapunt, dan beslist de raad of het om een amendement gaat.
Meent de raad dat dit niet het geval is, dan wordt het ingediende amendement als onbestaande beschouwd.
Kleine tekstaanpassingen na het rondsturen van de agenda van de OCMW-raad worden aangeduid in het geel zodat de OCMW-raadsleden kunnen vaststellen welke tekstaanpassingen worden voorgesteld.
De voorzitter verleent het woord in volgorde van de aanvragen en, in geval van gelijktijdige aanvraag, op basis van de rangorde van de raadsleden.
§2.
De voorzitter kan op elk moment in de vergadering het woord geven aan de algemeen directeur.
Indien de OCMW-raad deskundigen wenst te horen, bepaalt de voorzitter van de raad wanneer ze aan het woord komen.
§3.
Geen enkel raadslid mag meer dan tweemaal het woord nemen over hetzelfde onderwerp, tenzij de voorzitter er anders over beslist.
§4.
Het woord kan door de voorzitter niet geweigerd worden voor een rechtzetting van beweerde feiten.
In de volgende gevallen en volgorde krijgt iemand voorrang om te spreken, waardoor de bespreking van de hoofdvraag of het voorstel van beslissing tijdelijk wordt onderbroken:
§5.
Niemand mag onderbroken worden wanneer hij/zij spreekt, behalve door de voorzitter voor een verwijzing naar het reglement of voor een terugroeping tot de orde.
Als een OCMW-raadslid, aan wie het woord werd verleend, afdwaalt van het onderwerp, kan alleen de voorzitter hem tot de behandeling van het onderwerp terugbrengen.
Indien na een eerste verwittiging het lid verder van het onderwerp blijft afdwalen, kan het woord door de voorzitter ontnomen worden.
Elk lid, dat in weerwil van de beslissing van de voorzitter, tracht aan het woord te blijven, wordt geacht de orde te verstoren.
Dit geldt eveneens voor zij die het woord nemen zonder het te hebben gevraagd en gekregen, en die aan het woord blijven in weerwil van het bevel van de voorzitter.
Elk scheldwoord, elke beledigende uitdrukking en elke persoonlijke aantijging worden geacht de orde te verstoren.
§6.
Nadat de leden voldoende aan het woord zijn geweest, sluit de voorzitter de bespreking.
Artikel 17.
§1.
De voorzitter is belast met de handhaving van de orde in de raadsvergadering.
Van de handelingen, die de voorzitter in dit verband stelt, wordt melding gemaakt in de notulen.
§2.
Elk raadslid dat de orde verstoort, wordt door de voorzitter tot de orde teruggeroepen.
Elk lid dat tot de orde werd teruggeroepen, mag zich verantwoorden, waarna de voorzitter beslist of de terugroeping tot de orde gehandhaafd of ingetrokken wordt.
§3.
De voorzitter kan, na een voorafgaande waarschuwing, elke toehoorder die openlijk tekens van goedkeuring of van afkeuring geeft of die op een andere wijze wanorde veroorzaakt, uit de zaal doen verwijderen.
De voorzitter kan bovendien een proces-verbaal opmaken tegen die persoon en dat proces-verbaal bezorgen aan het openbaar ministerie met het oog op de eventuele vervolging van de betrokkene.
§4.
Wanneer de vergadering rumoerig wordt, en daardoor het normale verloop van de bespreking in het gedrang wordt gebracht, kondigt de voorzitter aan dat hij/zij, bij voortzetting van het rumoer, de vergadering zal schorsen of sluiten.
Indien de wanorde toch aanhoudt, schorst of sluit de voorzitter de vergadering.
De raadsleden en de toehoorders moeten dan onmiddellijk de zaal verlaten.
Van deze schorsing of sluiting wordt melding gemaakt in de notulen.
STEMMEN
Artikel 18.
§1.
Voor elke stemming in de OCMW-raad omschrijft de voorzitter het voorwerp van de stemming waarover de vergadering zich moet uitspreken
De amendementen worden vóór de hoofdvraag en de subamendementen vóór de amendementen ter stemming gelegd.
§2.
De beslissingen worden bij volstrekte meerderheid van de geldig uitgebrachte stemmen genomen.
De volstrekte meerderheid is gelijk aan meer dan de helft van de stemmen, onthoudingen, blanco en ongeldige stemmen niet meegerekend.
Bij staking van stemmen is het voorstel verworpen.
Artikel 19
§1.
De OCMW-raadsleden stemmen bij handopsteking behalve als een derde van de aanwezige leden de mondelinge stemming vraagt.
§2.
De stemming bij handopsteking geschiedt als volgt:
Nadat de voorzitter het voorwerp van de stemming heeft omschreven zoals bepaald in artikel 18, § 1 van dit reglement vraagt de voorzitter achtereenvolgens welke OCMW-raadsleden ‘ja’ stemmen, welke ‘neen’ stemmen en welke zich onthouden.
Elk OCMW-raadslid kan per stemming slechts eenmaal zijn hand opsteken om zijn of haar keuze duidelijk te maken.
§3.
De mondelinge stemming geschiedt door elk raadslid ‘ja’, ‘neen’ of ‘onthouding’ te laten uitspreken.
Zij doen dat (met uitzondering van de voorzitter) in volgorde van de fracties (zoals vastgesteld in de gemeenteraad).
§4.
De OCMW-raadsleden stemmen niet geheim, behalve in de volgende gevallen:
§5.
De voorzitter stemt als laatste, behalve bij geheime stemming.
Wanneer er na de stem van de voorzitter evenveel stemmen voor als tegen het voorstel zijn, dan is er staking van stemmen en is het voorstel verworpen (behalve in de gevallen van artikel 34 van dit reglement).
De stem van de voorzitter is niet doorslaggevend bij staking van stemmen.
Artikel 20.
Bij een geheime stemming worden voorbereide stembriefjes gebruikt en wordt uniform schrijfmateriaal ter beschikking gesteld, zodat het niet mogelijk is om aan de stembriefjes te zien welke pen of potlood er gebruikt is.
De raadsleden stemmen ‘ja’, ‘neen’ of onthouden zich.
De onthouding gebeurt bij een geheime stemming door het afgeven van een blanco stembriefje.
De algemeen directeur staat in voor de stemming en de stemopneming, behoudens een andersluidende wettelijke bepaling.
Ieder raadslid is gemachtigd de regelmatigheid van de stemopnemingen na te gaan.
Vooraleer tot de stemopneming over te gaan, wordt het aantal stembriefjes geteld.
Stemt dit aantal niet overeen met het aantal raadsleden, die aan de stemming hebben deelgenomen, dan worden de stembriefjes vernietigd en wordt elk raadslid uitgenodigd opnieuw te stemmen.
Artikel 21.
Voor elke benoeming tot ambten, elke contractuele aanstelling, elke verkiezing en elke voordracht van kandidaten wordt tot een afzonderlijke stemming overgegaan.
Als bij de benoeming, de contractuele aanstelling, de verkiezing of de voordracht van kandidaten de vereiste meerderheid niet wordt verkregen bij de eerste stemming, wordt opnieuw gestemd over de twee kandidaten die de meeste stemmen hebben behaald.
Als bij de eerste stemming sommige kandidaten een gelijk aantal stemmen behaald hebben, dan wordt de jongste kandidaat tot de herstemming toegelaten.
Personen worden benoemd, aangesteld, verkozen of voorgedragen bij volstrekte meerderheid van stemmen.
Bij staking van stemmen heeft de jongste kandidaat de voorkeur.
De stemmen kunnen alleen worden uitgebracht op de kandidaten, die op de lijst voorkomen.
Artikel 22.
§1.
De OCMW-raad stemt over het eigen deel van elk beleidsrapport.
§2.
De OCMW-raad stemt telkens over het geheel van het eigen deel van het beleidsrapport.
In afwijking daarvan kan elk OCMW-raadslid de afzonderlijke stemming eisen over een of meer onderdelen, die hij/zij aanwijst in het gemeentelijke deel van het beleidsrapport.
In dat geval mag de OCMW-raad pas over het geheel van zijn deel van het beleidsrapport stemmen na de afzonderlijke stemming.
Als deze afzonderlijke stemming tot gevolg heeft dat het ontwerp van beleidsrapport moet worden gewijzigd, wordt de stemming over het geheel verdaagd tot een volgende vergadering van de OCMW-raad.
Is er in de gemeenteraad een afzonderlijke stemming geweest, waardoor de stemming over het geheel verdaagd is naar een volgende vergadering van de gemeenteraad en had de OCMW-raad ervoor zijn deel van het beleidsrapport al vastgesteld, dan vervalt die vaststelling en stelt de gemeenteraad het gewijzigde ontwerp van beleidsrapport vast op een volgende vergadering.
NOTULEN, ZITTINGSVERSLAG EN ONDERTEKENING
Artikel 23.
§1.
De notulen van de OCMW-raad vermelden, in chronologische volgorde, alle besproken onderwerpen, alsook het gevolg dat gegeven werd aan die punten waarover de OCMW-raad geen beslissing heeft genomen.
Zij maken eveneens duidelijk melding van alle beslissingen.
Behalve bij geheime stemming of bij unanimiteit, vermelden de notulen voor elk raadslid of die voor of tegen het voorstel heeft gestemd of zich onthield.
De notulen en het zittingsverslag van de vergadering van de OCMW-raad worden onder de verantwoordelijkheid van de algemeen directeur opgesteld overeenkomstig de bepalingen van artikel 277 en 278 van het decreet over het lokaal bestuur.
§2.
De zittingsverslagen van de vergaderingen van de OCMW-raad vermelden, in chronologische volgorde, alle besproken onderwerpen, de essentie van de tussenkomsten en van de mondeling en schriftelijk gestelde vragen en antwoorden.
Het zittingsverslag bestaat uit een audio-opname van de openbare zitting van de OCMW-raad.
§3.
Als de OCMW-raad een aangelegenheid overeenkomstig artikel 5, §2 en artikel 6 van dit reglement in besloten vergadering behandelt, vermelden de notulen alleen de beslissingen en wordt over die aangelegenheid geen zittingsverslag opgesteld.
Artikel 24.
§1.
De nog goed te keuren notulen en het nog goed te keuren zittingsverslag van de vorige raadsvergadering worden ter beschikking gesteld van de raadsleden zoals bepaald in artikel. 9, §1 van dit reglement.
Elk OCMW-raadslid heeft het recht tijdens de vergadering opmerkingen te maken over de redactie van de notulen en het zittingsverslag van de vorige vergadering.
Als die opmerkingen door de OCMW-raad worden aangenomen, worden de notulen en het zittingsverslag in die zin aangepast.
Als er geen opmerkingen worden gemaakt, worden de notulen en het zittingsverslag als goedgekeurd beschouwd en worden ze door de voorzitter van de OCMW-raad en de algemeen directeur ondertekend.
In het geval de OCMW-raad bij spoedeisendheid werd samengeroepen, kan de OCMW-raad beslissen om opmerkingen toe te laten op de eerstvolgende vergadering daarna.
Het zittingsverslag wordt samen met de notulen actief openbaar gemaakt via de bekendmaking op de webtoepassing van de gemeente.
§2.
Als de OCMW-raad het wenselijk acht, worden de notulen geheel of gedeeltelijk staande de vergadering opgemaakt en ter plekke door de algemeen directeur en een meerderheid van de aanwezige raadsleden ondertekend.
Artikel 25.
De reglementen, beslissingen, akten, brieven en alle andere stukken worden ondertekend zoals bepaald in artikel 279 tot 283 van het decreet over het lokaal bestuur.
De stukken, die niet vermeld worden in artikel 279, §1 tot §3 en §5 van het decreet over het lokaal bestuur, worden ondertekend door de burgemeester en medeondertekend door de algemeen directeur.
Zij kunnen deze bevoegdheid overdragen conform artikel 280 en artikel 283 van het decreet over het lokaal bestuur.
FRACTIES
Artikel 26.
In de OCMW-raad wordt niet gewerkt met fracties.
RAADSCOMMISSIES
Artikel 27.
In de OCMW-raad wordt niet gewerkt met raadscommissies.
WERKGROEPEN
Artikel 28.
§ 1.
De OCMW-raad kan werkgroepen oprichten.
§ 2.
De opdracht van de werkgroep en de timing worden duidelijk omschreven door de OCMW-raad.
§ 3.
In iedere werkgroep zitten zeven OCMW-raadsleden volgens evenredige vertegenwoordiging zijnde vier leden voor Oostrozebeke.nu en twee leden voor INSPRAAK.nu. en 1 lid voor Vlaams Belang Oostrozebeke.
§ 4.
De vertegenwoordigers van de fracties worden medegedeeld door de fractievoorzitter van de respectievelijke fracties voor de OCMW-raad.
§ 5.
De voorzitter van de werkgroep is een OCMW-raadslid.
Een lid van het college van burgemeester en schepen kan geen voorzitter zijn.
De voorzitter wordt gekozen door de OCMW-raadsleden, op de eerste vergadering van de werkgroep.
§ 6.
De andere leden (zoals ambtenaren, deskundigen, leden adviesraden) van de werkgroep worden al dan niet nominatief aangeduid door de OCMW-raad.
§ 7.
De secretaris van de werkgroep is een personeelslid van de gemeente noch van het OCMW, aangewezen door de algemeen directeur.
ALGEMENE VERGADERINGEN
Artikel 29.
§ 1.
De kandidaat-vertegenwoordiger wordt bij het begin van de legislatuur voorgedragen door de fracties, ook voor de vergaderingen waar de aanstelling telkens moet hernomen worden.
Behoudens bij tijdige verwittiging van de fractievoorzitter wordt aangenomen dat de kandidaat-vertegenwoordiger niet wijzigt.
§ 2.
De verwittiging van de vertegenwoordiger van het OCMW in de algemene vergaderingen van rechtspersonen en verenigingen en op voorwaarde dat zij niet rechtstreeks door de rechtspersoon of vereniging worden uitgenodigd, gebeurt hetzij schriftelijk (brief, fax, e-mail) hetzij mondeling (ook telefonisch).
De vertegenwoordiger haalt zo nodig de stukken af aan het onthaal (frontoffice) van het OCMW tijdens de openingstijden, tenzij andere afspraken worden gemaakt.
§ 3.
De vertegenwoordiger gaat naar de algemene vergadering. Indien de vertegenwoordiger niet aanwezig kan zijn, zal deze onverwijld het secretariaat verwittigen.
Het vast bureau duidt de plaatsvervanger aan.
VERGOEDINGEN RAADSLEDEN
Artikel 30.
§1.
Aan de OCMW-raadsleden, met uitzondering van het vast bureau, wordt presentiegeld verleend voor de volgende vergaderingen, waarop zij aanwezig zijn:
Het presentiegeld bedraagt voor de vergadering van de OCMW-raad het maximumbedrag vastgesteld door de Vlaamse regering.
De in dit artikel vermelde bedragen worden geïndexeerd op basis van de bepalingen van de artikelen 9 en 18 van het besluit van de Vlaamse regering van 6 juli 2018 houdende het statuut van de lokale mandataris.
KOSTENVERGOEDINGEN
Artikel 31.
De kostenvergoedingen worden slechts éénmaal toegekend, bij zover dat een OCMW-raadslid, die de terugbetaling kostenvergoedingen kan en heeft bekomen als gemeenteraadslid, deze niet zal terugbetaald worden als OCMW-raadslid.
Artikel 32.
De OCMW-raadsleden, de voorzitter en leden van het vast bureau, hebben recht op terugbetaling van de kosten voor gezinsoppas, nodig voor deelname aan de vergaderingn van de OCMW-raad.
Ze kunnen op deze terugbetaling slechts aanspraak maken mits:
De terugbetaling wordt beperkt tot 20,00 euro per dag, ongeacht het aantal vergaderingen.
Artikel 33.
Aan de OCMW-raadsleden, de voorzitter en de leden van het vast bureau, wordt een vergoeding voor reiskosten toegekend.
Deze vergoeding wordt slechts uitgekeerd voor verplaatsingen (heen en terug) buiten de gemeentegrenzen voor opdrachten of activiteiten of vormingen.
Deze vergoeding behelst (zo nodig cumulatief):
Artikel 34.
§ 1.
De OCMW-raadsleden, de voorzitter en de leden van het vast bureau hebben recht op de terugbetaling van de kosten gemaakt voor vorming.
De vorming en de kostprijs moeten relevant zijn.
De beoordeling gebeurt door de algemeen directeur.
§ 2.
Ze kunnen aan de algemeen directeur vragen om ingeschreven te worden voor een vorming via e-mail.
Ingeval van een positieve beoordeling van de aanvraag wordt de inschrijving en de betaling rechtstreeks geregeld via het gemeentebestuur.
§ 3.
De vraag om terugbetaling van de kosten gebeurt via een door het bestuur ter beschikking gesteld formulier.
De nodige bewijsstukken worden bijgevoegd.
§ 4.
De algemeen directeur oordeelt of de kosten voldoen aan de voorwaarden zoals bepaald in dit huishoudelijk reglement.
Artikel 35.
§ 1.
Aan de OCMW-raadsleden wordt een forfaitaire kostenvergoeding toegekend van 10,00 euro per maand voor het professioneel gebruik van internet.
§ 2.
Aan de leden van het vast bureau wordt een forfaitaire kostenvergoeding toegekend van 15,00 euro per maand voor het professioneel gebruik van internet.
§ 3.
Aan de voorzitter van het vast bureau wordt een forfaitaire kostenvergoeding toegekend van 25,00 euro per maand voor het professioneel gebruik van een smartphone.
§ 4.
De nodige bewijsstukken voor deze forfaitaire kostenvergoeding worden aan de gemeente voorgelegd wanneer deze worden opgevraagd.
Artikel 36.
Jaarlijks wordt een overzicht van de terugbetaalde kosten of de kosten rechtstreeks ten laste genomen door het OCMW-bestuur ter kennis van de OCMW-raad gebracht.
Er wordt geen terugbetaling uitgevoerd voor kosten, die al door andere instanties (privébedrijf, intercommunale, overheidsdienst) worden terugbetaald.
De voormelde kostenvergoedingen kunnen ook niet gecumuleerd worden met de kostenvergoedingen verbonden aan een mandaat binnen de gemeente.
Artikel 37.
§ 1.
De betaling van de goedgekeurde onkosten gebeurt per kwartaal.
Het OCMW-raadslid dient ten laatste de staat of staten de maand volgende op de laatste maand van het kwartaal in.
Het gemeenteraadslid gebruikt daartoe het voorziene formulier.
Laattijdig ingediende staten worden niet betaald.
Ten onrechte betaalde onkosten worden teruggevorderd; deze mogen afgehouden worden van een volgende onkostenstaat of de presentiegelden.
§ 2.
De betaling van de forfaitaire kostenvergoedingen voor het professioneel gebruik van internet of gsm, gebeurt samen met de wedde voor de uitvoerende mandatarissen en samen met de presentiegelden voor de OCMW-raadsleden.
Artikel 38.
Het OCMW sluit een verzekering af om de burgerlijke aansprakelijkheid, met inbegrip van de rechtsbijstand, te dekken die bij de normale uitoefening van hun mandaat persoonlijk ten laste komt van de gemeenteraadsleden.
Het OCMW sluit naast de verzekering, vermeld in het eerste lid, de volgende verzekeringen af:
BEPALINGEN OVER HET BIJZONDER COMITE VOOR DE SOCIALE DIENST
Artikel 39.
§1.
Het presentiegeld dat toegekend wordt aan de leden van het bijzonder comité voor de sociale dienst bedraagt evenveel als dat voor de raadsleden.
De bepalingen uit artikelen 30 en 31 van dit reglement zijn van overeenkomstige toepassing op de leden van het bijzonder comité voor de sociale dienst.
§ 2.
Aan de leden van het bijzonder comité voor de sociale dienst wordt een forfaitaire kostenvergoeding toegekend van 10,00 euro per maand voor het professioneel gebruik van internet.
§ 3.
Aan de voorzitter van het bijzonder comité voor de sociale dienst wordt een forfaitaire kostenvergoeding toegekend van 15,00 euro per maand voor het professioneel gebruik van internet.
§ 4.
De bepalingen van artikel 43 tot en met 49 van dit reglement zijn, voor het overige, voor zover deze de uitoefening van het mandaat als voorzitter of lid van het bijzonder comité voor de sociale dienst betreffen, overeenkomstig van toepassing op de voorzitter en leden van het bijzonder comité voor de sociale dienst.
§5.
Het OCMW sluit een verzekering af om de burgerlijke aansprakelijkheid, met inbegrip van de rechtsbijstand, te dekken, die bij de normale uitoefening van hun mandaat persoonlijk ten laste komt van de BCSD-raadsleden.
Het OCMW sluit naast de verzekering, vermeld in het eerste lid, de volgende verzekeringen af:
§6.
Er kunnen plaatsvervangers worden aangeduid die de effectieve leden van het bijzonder comité vervangen als die afwezig zijn.
Enkel OCMW-raadsleden kunnen plaatsvervanger zijn voor een lid van het bijzonder comité voor de sociale dienst.
Plaatsvervangers worden aangewezen door een meerderheid van de OCMW-raadsleden van dezelfde lijst (of groep van lijsten) die de voordrachtakte ondertekend hebben van het effectieve lid van het bijzonder comité voor de sociale dienst.
De aanduiding van de plaatsvervangers gebeurt door een ondertekende verklaring af te gegeven tegen ontvangstbewijs aan de algemeen directeur.
De algemeen directeur bezorgt deze verklaring aan de raadsvoorzitter die de OCMW-raad daarvan in kennis stelt op de eerstvolgende raadsvergadering.
Per lid van het bijzonder comité voor de sociale dienst worden op de verklaring één of meerdere plaatsvervangende raadsleden aangeduid.
Is er meer dan één plaatsvervanger voor een lid, dan gebeurt de plaatsvervanging in de volgorde van vermelding van de plaatsvervangers.
Raadsleden kunnen plaatsvervanger zijn voor meerdere leden van het bijzonder comité voor de sociale dienst.
De aanduiding is geldig vanaf de datum vermeld op het ontvangstbewijs.
Wanneer een nieuw lid verkozen wordt in het bijzonder comité voor de sociale dienst, moet ook de plaatsvervanging vernieuwd of bevestigd worden door een nieuwe verklaring.
De raadsleden van dezelfde lijst (of groep van lijsten) kunnen altijd nieuwe plaatsvervangers aanduiden op dezelfde wijze zoals beschreven.
Is er geen geldige verklaring tot plaatsvervanging, dan is er geen plaatsvervanger voor het betreffende lid van het bijzonder comité voor de sociale dienst.
§7.
Een plaatsvervanger kan pas deelnemen aan de vergadering van het bijzonder comité voor de sociale dienst in plaats van het effectieve lid, als voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
Plaatsvervangers ontvangen voor een vervanging hetzelfde presentiegeld als de effectieve leden van het bijzonder comité voor de sociale dienst.
VERZOEKSCHRIFTEN
Artikel 40.
§ 1.
Iedere burger heeft het recht verzoekschriften, door één of meer personen ondertekend, schriftelijk bij de organen van de gemeente in te dienen.
Een verzoek is een vraag om iets te doen of te laten. Uit de tekst van het verzoekschrift moet de vraag duidelijk zijn.
De organen van het OCMW zijn de OCMW-raad, het vast bureau, het bijzonder comité voor de sociale dienst, de voorzitter van de OCMW-raad, de voorzitter van het vast bureau, de voorzitter van het bijzonder comité voor de sociale dienst, de algemeen directeur en elk ander orgaan van het OCMW dat als overheid optreedt.
§ 2.
De verzoekschriften worden aan het orgaan van het OCMW gericht tot wiens bevoegdheid de inhoud van het verzoek behoort.
Komt een verzoekschrift niet bij het juiste orgaan aan, dan bezorgt dit orgaan het verzoek aan de juiste bestemmeling.
§ 3.
Verzoekschriften die een onderwerp betreffen dat niet tot de bevoegdheid van de OCMW behoort, zijn onontvankelijk.
Verzoekschriften die duidelijk tot de bevoegdheid van het gemeente behoren, worden overgemaakt aan het bevoegde orgaan van de gemeente.
De indiener wordt daarvan op de hoogte gebracht.
§ 4.
Een schriftelijke vraag wordt niet als verzoekschrift beschouwd als:
Het orgaan of de voorzitter van het orgaan maakt deze beoordeling.
Hij kan de indiener om een nieuw geformuleerd verzoekschrift vragen dat wel aan de ontvankelijkheidsvoorwaarden voldoet.
Artikel 41.
§ 1.
Is het een verzoekschrift voor de OCMW-raad, dan plaatst de voorzitter van de OCMW-raad het verzoekschrift op de agenda van de eerstvolgende OCMW-raad indien het minstens 14 dagen vóór de vergadering werd ontvangen.
Wordt het verzoekschrift later ingediend, dan komt het op de agenda van de
volgende vergadering.
§ 2.
De OCMW-raad kan de bij hem ingediende verzoekschriften naar het vast bureau verwijzen met het verzoek om over de inhoud ervan uitleg te verstrekken.
§ 3.
De verzoeker of, indien het verzoekschrift door meerdere personen ondertekend is, de eerste ondertekenaar van het verzoekschrift, kan worden gehoord door het betrokken orgaan van het OCMW.
In dat geval heeft de verzoeker of de eerste ondertekenaar van een verzoekschrift het recht zich te laten bijstaan door een persoon naar keuze.
§ 4.
Het betrokken orgaan van het OCMW verstrekt, binnen drie maanden na de indiening van het verzoekschrift, een gemotiveerd antwoord aan de verzoeker of, indien het verzoekschrift door meer personen ondertekend is, aan de eerste ondertekenaar van het verzoekschrift.
SPREEKRECHT VOOR BURGERS
Artikel 42.
Een half uur voor:
wordt een spreekrechtronde georganiseerd voor de inwoners van Oostrozebeke.
Deze spreekrechtronde maakt geen deel uit van de formele agenda van de gemeenteraad of van de OCMW-raad.
Artikel 43.
De spreekrechtronde beoogt de inwoners van Oostrozebeke de gelegenheid te geven zich in een publieke vergadering te richten tot de leden van het college van burgemeester en schepenen of het vast bureau.
Artikel 44.
§ 1.
Om spreekrecht verleend te worden, moet aan de hiernavolgende voorwaarden worden voldaan:
§2.
Laattijdig ingediende aanvragen worden behandeld in de volgende spreekrechtronde.
De aanvrager wordt hiervan in kennis gesteld.
§ 3.
Indien het antwoord op een aanvraag, omwille van de complexiteit van de materie of de noodzaak tot opzoeken van informatie door de bevoegde diensten, niet tijdig kan worden verstrekt, wordt de behandeling uitgesteld naar de eerstvolgende spreekrechtronde.
De aanvrager wordt hiervan in kennis gesteld.
§ 4.
Het spreekrecht is beperkt tot maximaal 3 maal per kalenderjaar per aanvrager.
§ 5.
Het spreekrecht is persoonlijk en kan niet worden overgedragen.
Als de aanvrager afwezig is zonder voorafgaand bericht, wordt de aanvraag als ingetrokken beschouwd.
Artikel 45.
§ 1.
De voorzitter van de gemeenteraad of de OCMW-raad oordeelt over de ontvankelijkheid van de aanvragen.
§ 2.
De leden van de gemeenteraad en de OCMW-raad worden van de ontvankelijke aanvragen en de spreekrechtronde op de hoogte gebracht via de (gezamenlijke) oproeping.
§ 3.
Niet ontvankelijk zijn onder meer, aanvragen betreffende:
§ 4.
Het gemotiveerde besluit van de voorzitter van de gemeenteraad of de OCMW-raad houdende de niet-ontvankelijkheid van een aanvraag, wordt medegedeeld aan de aanvrager en ter kennis voorgelegd aan de gemeenteraad of de OCMW-raad.
Artikel 46.
§ 1.
De spreekrechtronde duurt maximaal een half uur.
§ 2.
De aanvragen, die binnen deze tijdspanne niet kunnen behandeld worden, worden uitgesteld naar de eerstvolgende spreekrechtronde.
De aanvrager wordt hiervan in kennis gesteld.
De aanvrager kan er evenwel voor kiezen om zijn/haar vraag binnen de 30 dagen schriftelijk te laten beantwoorden door de burgemeester, de bevoegde schepen, de voorzitter van het vast bureau of het bevoegde lid van het vast bureau.
§ 3.
De ontvankelijke aanvragen worden behandeld in chronologische volgorde van ontvangst.
Er worden per spreekrechtronde maximaal 3 aanvragen behandeld.
§ 4.
Vragen over hetzelfde onderwerp worden samengevoegd en samen behandeld.
Artikel 47.
§ 1.
De spreekrechtronde wordt voorgezeten door de voorzitter van de gemeenteraad of de OCMW-raad en vangt aan zodra de voorzitter de spreekrechtronde opent en (minstens) de leden van het college van burgemeester en schepenen of het vast bureau aan wie een vraag werd gericht, aanwezig zijn.
§ 2.
De aanvrager mag zich slechts wenden tot de voorzitter.
§ 3.
De aanvrager mag niet onderbroken worden wanneer hij of zij spreekt, behalve door de voorzitter voor een verwijzing naar het reglement of voor een terugroeping tot de orde.
§ 4.
De tussenkomst mag niet langer duren dan vijf minuten, waarna de voorzitter de tussenkomst beëindigt.
De tussenkomst wordt beantwoord door het lid van het college van burgemeester en schepenen of het vast bureau daartoe aangeduid door de voorzitter.
Het antwoord mag niet langer duren dan vijf minuten.
De aanvrager mag kort repliceren en krijgt daarvoor één minuut.
§ 5.
De voorzitter waakt over de tijdsduur van de tussenkomsten.
Als de spreker afdwaalt van het onderwerp, kan alleen de voorzitter hem tot de behandeling van het onderwerp terugbrengen.
Indien na een eerste verwittiging verder van het onderwerp wordt afgedwaald, kan de spreker het woord door de voorzitter ontnomen worden.
§ 6.
De aanwezige leden van de gemeenteraad of OCMW-raad zijn niet gerechtigd om tussen te komen tijdens de spreekrechtronde.
§ 7.
De voorzitter sluit de spreekrechtronde af.
Artikel 48.
§ 1.
De voorzitter van de gemeenteraad of de OCMW-raad handhaaft de orde tijdens de spreekrechtronde.
Inzake de handhaving van de orde tijdens de spreekrechtronde zijn de relevante bepalingen van het decreet over het lokaal bestuur en het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad en de OCMW-raad van toepassing.
§ 2.
Elke spreker, die in weerwil van de beslissing van de voorzitter, tracht aan het woord te blijven, wordt geacht de orde te verstoren.
Dit geldt eveneens voor hen, die het woord nemen zonder het te hebben gevraagd en
bekomen, en die aan het woord blijven in weerwil van het bevel van de voorzitter.
§ 3.
Elk scheldwoord, elke beledigende uitdrukking en elke persoonlijke aantijging, worden geacht de orde te verstoren.
§ 4.
Het aanwezige publiek bewaart tijdens de zitting de stilte.
De voorzitter kan, na een voorafgaande waarschuwing, terstond uit de aan het publiek voorbehouden plaats ieder persoon doen verwijderen, die openlijk tekens van goedkeuring of van afkeuring geeft of op enigerlei wijze wanorde veroorzaakt.
§ 5.
De voorzitter kan in bijzondere gevallen en voor de handhaving van de orde de spreekrechtronde voor een door hem of haar bepaalde tijd schorsen of sluiten.
COMMUNICATIE MET DE WELZIJNSVERENIGING WOONDIENST REGIO IZEGEM
Artikel 49.
§ 1.
De vertegenwoordigers van de OCMW-raad in de welzijnsvereniging, worden door de raadsleden in hun midden aangeduid door een geheime stemming in één stemronde, waarbij elk raadslid één stem krijgt.
Bij staking van stemmen is de jongste kandidaat in jaren verkozen.
De aanwijzing van dat lid wordt medegedeeld met een door de meerderheid van de raadsleden van dezelfde lijst ondertekende verklaring, die afgegeven wordt tegen ontvangstbewijs aan de algemeen directeur.
De algemeen directeur bezorgt deze verklaring aan de raadsvoorzitter, die de OCMW-raad daarvan in kennis stelt op de eerstvolgende raadsvergadering.
Als deze aanduiding niet plaatsgevonden heeft binnen zestig dagen wordt een nieuwe vertegenwoordiger aangeduid op dezelfde wijze als beschreven in het eerste lid.
§ 2.
Als het mandaat van afgevaardigde in de bestuursorganen een einde neemt of bij een verhindering, kunnen de OCMW-raadsleden van de lijst die het betreffende lid heeft voorgedragen, samen een kandidaat-lid aanwijzen, behalve als de vertegenwoordiger in de bestuursorganen van de vereniging was verkozen als jongste in jaren bij staking van stemmen.
De aanwijzing van dat lid wordt medegedeeld met een door de meerderheid van de leden van dezelfde lijst ondertekende verklaring die afgegeven wordt tegen ontvangstbewijs aan de algemeen directeur.
De algemeen directeur geeft er op de eerstvolgende OCMW-raad kennis van.
Als deze vervanging niet kan plaatsvinden of niet plaatsvindt binnen zestig dagen wordt in de vervanging voorzien, zoals in artikel 53 § 1 van dit reglement.
Artikel 50.
De besluiten van de algemene vergadering, de notulen van de raad van bestuur en de notulen van het orgaan van dagelijks bestuur van de welzijnsvereniging worden, zodra ze definitief zijn, bezorgd aan de algemeen directeur.
De algemeen directeur bezorgt deze meteen aan de raadsvoorzitter, die deze toevoegt ter kennisname aan de agenda van de volgende vergadering van de OCMW-raad.
De raadsvoorzitter kan op basis daarvan ook toegelichte voorstellen van beslissing toevoegen aan de agenda.
Artikel 3
Deze bepalingen treden in werking vanaf 5 september 2025.
Het aflopen op 31 december 2025 van de overeenkomst met statutaire draagkracht met de Interlokale Vereniging Woonbeleid regio Izegem.
Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, het laatst gewijzigd bij decreet van 6 december 2024 tot wijziging van artikel 6 van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, wat betreft een verbeterende akte als gevolg van een arrest dat de verkiezingsuitslag wijzigt, inzonderheid de artikelen 392 tot en met 395.
Vlaamse Codex Wonen van 2021, het laatst gewijzigd bij decreet Programmadecreet bij de begroting van 2025.
Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021, het laatst gewijzigd bij besluit van 23 mei 2025 tot wijziging van het Energiebesluit van 19 november 2010, het Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021, het besluit van de Vlaamse Regering van 4 februari 2022 tot oprichting van een uniek loket voor de aanvraag en behandeling van bepaalde woon- en energiepremies en tot wijziging van het Energiebesluit van 19 november 2010, en het Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021, en het besluit van de Vlaamse Regering van 16 juni 2023 tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 8 december 2006 betreffende het onderhoud en het nazicht van centrale stooktoestellen voor de verwarming van gebouwen of voor de aanmaak van warm verbruikswater, het besluit van de Vlaamse Regering van 12 december 2008 tot uitvoering van titel XVI van het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, het Energiebesluit van 19 november 2010 en het besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, wat betreft de Mijn Verbouwpremie, inzonderheid artikelen 2.11 tot en met 2.32
Besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 6 juni 2019 betreffende Goedkeuring van de overeenkomst met statutaire draagkracht van de Interlokale Vereniging Woonbeleid regio Izegem.
Besluit van het vast bureau van 16 april 2025 betreffende Meerjarenbudget Woondienst Regio Izegem 2026 - 2031.
De gemeenten en OCMW’s van Izegem, Ingelmunster, Ledegem, Oostrozebeke en Wielsbeke hebben in 2008 een overeenkomst afgesloten om via intergemeentelijke samenwerking het lokaal woonbeleid sterker te kunnen uitbouwen.
In de overeenkomst met statutaire draagkracht van de Interlokale Vereniging Woonbeleid regio Izegem worden de belangrijkste inhoudelijke krachtlijnen voor de uitvoering van dit woonbeleid vermeld.
De welzijnsvereniging Woondienst Regio Izegem heeft de opdracht gekregen om dit beleid in de verschillende gemeenten uit te voeren.
In de overeenkomst met statutaire draagkracht, die loopt tot 31 december 2025, werden ook de financiële bijdragen van de gemeenten vastgelegd tot en met 2025.
Er wordt voorgesteld om de overeenkomst met statutaire draagkracht te verlengen tot 31 december 2031 en hierin de gemeentelijke werkingstoelagen vast te leggen tot eind 2031.
Er worden ook enkele technische wijzigingen voorgesteld.
De financiële afspraken bouwen verder op de vorige.
Er zijn geen spectaculaire wijzigingen, het is vooral de bedoeling om de huidige lopende werking te kunnen consolideren.
Door een aantal factoren (vnl. de onverwachte stijging van de loonkosten de afgelopen jaren ten gevolge van loonindexeringen) dient er wel een extra financiële inspanning te gebeuren om dit te kunnen realiseren.
Het voorstel gaat uit van volgende stijging van de werkingstoelagen:
Naast de gemeentelijke financiering kan het intergemeentelijk samenwerkingsverband beroep doen op financiële ondersteuning door de Vlaamse overheid.
Basis voor deze Vlaamse subsidiëring vormen de artikelen 2.11 tot en met 2.13 van het Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021.
In artikel 20 van de overeenkomst met statutaire draagkracht wordt bepaald dat er een nieuwe subsidieaanvraag zal ingediend worden bij het agentschap Wonen in Vlaanderen.
Dit moet gebeuren tegen uiterlijk 30 september 2025.
Naast de Vlaamse subsidies en gemeentelijke werkingstoelagen is voorzien dat er een substantieel deel van de reserves van de Woondienst zal aangewend worden, evenwel met behoud van voldoende buffer om geen liquiditeitsproblemen te veroorzaken.
Toelichting door mevrouw Vervaeck, schepen.
De nodige kredieten zullen ingeschreven worden in het meerjarenplan 2026 -2031.
De uitgave zal voorzien worden in meerjarenplan 2026-2031, op het exploitatiekrediet van het OCMW voor het jaar 2026 t.e.m. 2031: IP-geen, actie 2212, budgetrekening 0930-00/6494010-440.
Het gunstig visum nummer VSM/2025/037 van 26 januari 2025 van de heer Masschaele, financieel directeur.
niet van toepassing
De heer Behaeghe, raadslid.
Artikel 1
De raad voor maatschappelijk welzijn keurt de overeenkomst met statutaire draagkracht van de Interlokale Vereniging Woonbeleid Regio Izegem, met inbegrip van toevoeging van de gemeentelijke toelagen, goed tot 31 december 2031 als volgt:
INTERLOKALE VERENIGING WOONBELEID REGIO IZEGEM
Vereniging volgens het decreet over het Lokaal Bestuur
Vaartstraat 4, 8870 Izegem
OVEREENKOMST MET STATUTAIRE DRAAGKRACHT
(geconsolideerde versie)
Goedgekeurd door de gemeenteraden van Izegem (3.11.2008), Ingelmunster (28.10.2008), Ledegem (13.11.2008), Oostrozebeke (13.11.2008), Wielsbeke (29.10.2008), en de OCMW-raden van Izegem (22.10.2008), Ingelmunster (22.10.2008), Ledegem (21.10.2008) , Oostrozebeke (13.10.2008), Wielsbeke (28.10.2008),
Verlengd en gewijzigd op basis van beslissingen van de gemeenteraden van Izegem (26.03.2012 en 02.09.2013), Ingelmunster (20.03.2012 en 24.09.2013), Ledegem (8.03.2012 en 12.09.2013), Oostrozebeke (8.03.2012 en 05.09.2013) en Wielsbeke (28.03.2012 en 26.09.2013) en van de OCMW-raden van Izegem (28.03.2012 en 25.09.2013), Ingelmunster (29.02.2012 en 03.09.2013), Ledegem (27.03.2012 en 24.09.2013), Oostrozebeke (12.03.2012 en 18.09.2013), Wielsbeke (27.03.2012 en 25.09.2013)
Verlengd en gewijzigd op basis van beslissingen van de gemeenteraden van Izegem (21.05.2019), Ingelmunster (18.06.2019), Ledegem (27.06.2019), Oostrozebeke (06.06.2019), en Wielsbeke (28.05.2019), en van de OCMW-raden van Izegem (21.05.2019), Ingelmunster (18.06.2019), Ledegem (27.06.2019), Oostrozebeke (06.06.2019), Wielsbeke 28/05/2019)
Verlengd en gewijzigd op basis van beslissingen van de gemeenteraden van Izegem (08/092025), Ingelmunster (23/092025), Ledegem (01/09/2025), Oostrozebeke (04/09/2025), en Wielsbeke (11/09/2025), en van de OCMW-raden van Izegem (08/09/2025), Ingelmunster (23/09/2025), Ledegem (01/09/2025), Oostrozebeke (04/09/2025), Wielsbeke (11/09/2025)
Tussen
De Woondienst Regio Izegem, welzijnsvereniging volgens het decreet over het lokaal bestuur van 22.12.2017, deel 3, titel 4, hoofdstukken 1 en 2;
Het Stadsbestuur en het OCMW van Izegem;
Het Gemeentebestuur en het OCMW van Ledegem;
Het Gemeentebestuur en het OCMW van Ingelmunster;
Het Gemeentebestuur en het OCMW van Oostrozebeke;
Het Gemeentebestuur en het OCMW van Wielsbeke;
wordt overeengekomen:
TITEL I ‑ BENAMING, DOEL, ZETEL EN DUUR
Artikel 1.
De voornoemde besturen sluiten een intergemeentelijke samenwerkingsovereenkomst zonder rechtspersoonlijkheid, onder de vorm van een interlokale vereniging.
De vereniging draagt de naam “Interlokale Vereniging Woonbeleid regio Izegem”.
Zij wordt beheerst door het decreet over het Lokaal Bestuur van 22 december 2017, inzonderheid de artikelen 392 tot en met 395.
Artikel 2.
De vereniging heeft als doel: de coördinatie van het lokaal woonbeleid in de participerende gemeenten. Hiermee worden beleidsmatige initiatieven op gemeentelijk of intergemeentelijk niveau beoogd, die een bijdrage leveren tot de verdere ontwikkeling en realisatie van een geïntegreerd lokaal woonbeleid, meer in het bijzonder:
Deze opsomming is niet limitatief en kan door het beheerscomité worden uitgebreid.
Artikel 3.
De maatschappelijke zetel is gevestigd te 8870 Izegem, Vaartstraat 4. Hij mag naar een andere plaats worden overgebracht bij beslissing van het beheerscomité van de vereniging.
Artikel 4
Deze overeenkomst gaat in op 1/1/2009 en loopt ten einde op 31/12/2031.
In de loop van het eerste semester van 2031 zal een eventuele aanpassing van de overeenkomst onderhandeld worden voor de daarop volgende jaren.
TITEL II – HET BEHEERSCOMITE
Artikel 5
Het Beheerscomité is als volgt samengesteld:
Artikel 6
Artikel 7
Het beheerscomité wordt voorgezeten door de Voorzitter of door zijn plaatsvervanger.
Artikel 8
Het beheerscomité vergadert telkens wanneer dit nodig is en minstens eenmaal per jaar voor de goedkeuring van het jaarverslag en van de rekeningen.
Artikel 9
Artikel 10
Elke afgevaardigde beschikt over één stem in het beheerscomité. Hij kan zich krachtens een schriftelijk gegeven volmacht voor één of meer punten van de agenda laten vertegenwoordigen door een andere afgevaardigde. Niemand mag evenwel houder zijn van meer dan één volmacht.
Artikel 11
Artikel 12
Artikel 13
De beslissingen van het beheerscomité worden genotuleerd. De notulen worden bezorgd aan de leden van het beheerscomité en aan de algemeen directeurs van voornoemde gemeenten.
Artikel 14
Het beheerscomité kan voor advies over bepaalde punten eveneens bijgewoond worden door daartoe uitgenodigde (niet-stemgerechtigde) personen, wier aanwezigheid als noodzakelijk wordt geacht.
TITEL III - VOORZITTER - SECRETARIS
Artikel 15
Het beheerscomité kiest onder zijn leden een voorzitter waarvan het ambt, behoudens in geval van ontslag als voorzitter, tegelijkertijd als zijn mandaat van lid van het beheerscomité een einde neemt.
Bij tijdelijke afwezigheid of verhindering van de voorzitter wordt zijn ambt waargenomen door het lid dat door hem wordt aangewezen.
Bij gebrek aan zulke aanwijzing, duidt het beheerscomité onder zijn leden een plaatsvervanger aan en wordt, zo nodig, in afwachting van die aanduiding, het ambt van voorzitter waargenomen door het oudste lid in jaren dat tevens afgevaardigde is van een lid van de vereniging.
Artikel 16
De Voorzitter van het beheerscomité leidt de activiteiten van de vereniging.
Artikel 17
Het beheerscomité duidt een verantwoordelijk ambtenaar aan als secretaris van de vereniging.
De secretaris is niet stemgerechtigd.
Naast de opvolging van de administratieve opdrachten van de vereniging, staat de secretaris ook in voor het financieel beheer.
TITEL IV – FINANCIELE AFSPRAKEN
Artikel 18
§1
De financiële participatie voor de realisatie van de doelstellingen bepaald in artikel 2 wordt op basis van volgende verdeelsleutel berekend: de personeelsinzet in de gemeenten Ingelmunster, Ledegem, Oostrozebeke en Wielsbeke komt op 1/3 van de personeelsinzet in Izegem.
De toelage voor de vier genoemde gemeenten bedraagt dan ook 1/3 van de toelage van Izegem.
De financiële bijdrage van elke gemeente wordt als volgt voorzien:
Artikel 19
§1
Teneinde te kunnen rekenen op Vlaamse cofinanciering voor de realisatie van de initiatieven vermeld in artikel 2, zal bij het Vlaams Gewest een subsidieaanvraag ingediend worden voor betoelaging op basis van de artikelen 2.11 tot en met 2.32 van het Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021.
§2
In geval er geen Vlaamse cofinanciering toegezegd wordt voor een bepaald werkingsjaar, zal in overleg met de 5 gemeenten en OCMW’s bekeken worden op welke manier deze samenwerkingsovereenkomst desgevallend kan aangepast worden.
TITEL V – REALISATIE VAN DE DOELSTELLINGEN
Artikel 20
§1
Het Beheerscomité zal voor de realisatie van de doelstellingen vermeld in artikel 2 aan de Woondienst Regio Izegem de opdracht geven om de nodige activiteiten uit te voeren.
§2
Als basis voor de realisatie van de doelstellingen geldt het subsidiedossier “Woonbeleid regio Izegem”, conform de artikelen 2.11 tot en met 2.32 van het Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021.
§3
De Woondienst Regio Izegem zal voor de uitvoering van vermelde initiatieven de financiële middelen ontvangen, vermeld in artikel 18 van deze overeenkomst, alsook de Vlaamse, provinciale en enig andere financiële toelagen die de Interlokale Vereniging desgevallend ontvangt.
§4
De Woondienst Regio Izegem zal optreden als werkgever van het personeel dat in de betrokken gemeenten ingezet wordt.
Er zal gewerkt worden met één ploeg medewerkers, die flexibel inzetbaar is in elke participerende gemeente.
TITEL VI – BOEKHOUDING EN FINANCIEN
Artikel 21
Het financieel dienstjaar begint op één januari en eindigt op eenendertig december. Het eerste dienstjaar vangt aan op datum van oprichting van de Interlokale Vereniging Woonbeleid Regio Izegem
Artikel 22
De analytische boekhouding wordt gevoerd volgens de wettelijke beschikkingen met betrekking tot de boekhouding en de jaarrekening van de ondernemingen
TITEL VII – INFORMATIEVERSTREKKING
Artikel 23
Binnen de termijn van deze overeenkomst wordt jaarlijks een inhoudelijk en financieel evaluatieverslag over de behaalde resultaten van deze intergemeentelijke samenwerking voorgelegd aan het beheerscomité, en aan de gemeenten en OCMW’s, die deze overeenkomst ondertekenen.
TITEL VIII - ONTBINDING, VEREFFENING EN SLOTBEPALINGEN
Artikel 24
In geval van ontbinding, wordt het maatschappelijk vermogen verdeeld door vereffenaars, benoemd door het beheerscomité, dat tevens de omvang van hun opdracht bepaalt.
Het netto‑actief van de vereniging kan slechts verdeeld worden onder de leden van de vereniging.
In naam van de partners zijnde,
Stadsbestuur Izegem en OCMW Izegem,
De heer Nigel Casier de heer Anton Jacobus
voorzitter algemeen directeur
Gemeente en OCMW Ingelmunster
mevrouw Veerle Depuydt de heer Ir. Dominik Ronse
voorzitter algemeen directeur
Gemeente en OCMW Ledegem
de heer Bart Dochy de heer Marijn De Vos
voorzitter algemeen directeur
Gemeente en OCMW Oostrozebeke
de heer Hans Claerhout de heer Carl Vereecke
voorzitter algemeen directeur
Gemeente en OCMW Wielsbeke
de heer Vincent Herman de heer Bruno Debrabandere
voorzitter algemeen directeur
de Woondienst Regiio Izegem
mevrouw Nadia Staes de heer Benoit Sintobin
voorzitter secretaris
Artikel 2
Afschrift van deze beslissing wordt ter kennisgeving overgemaakt aan de Woondienst Regio Izegem.
De noodzaak om nieuwe financiële afspraken te maken tussen de Woondienst regio Izegem en de betrokken gemeenten, voor de volgende BBC-periode (2026-2031), dit voor zowel het Energiehuis als Wonen en Werken.
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, het laatst gewijzigd bij decreet van 6 december 2024 tot wijziging van artikel 6 van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, wat betreft een verbeterende akte als gevolg van een arrest dat de verkiezingsuitslag wijzigt.
Decreet van 8 mei 2009 houdende algemene bepalingen betreffende het energiebeleid, het laatst gewijzigd bij decreet van 13 juni 2025 tot wijziging van het Energiedecreet van 8 mei 2009, wat de invoering van een forfaitaire vergoedingsregeling voor geblokkeerde toegangspunten en de uitstelmogelijkheden voor de PV-verplichting betreft, inzonderheid Titel IX
Besluit van de Vlaamse Regering van 19 november 2010 houdende bepalingen over het energiebeleid, het laatst gewijzigd bij besluit van 23 mei 2025 tot wijziging van het Energiebesluit van 19 november 2010, het Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021, het besluit van de Vlaamse Regering van 4 februari 2022 tot oprichting van een uniek loket voor de aanvraag en behandeling van bepaalde woon- en energiepremies en tot wijziging van het Energiebesluit van 19 november 2010, en het Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021, en het besluit van de Vlaamse Regering van 16 juni 2023 tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 8 december 2006 betreffende het onderhoud en het nazicht van centrale stooktoestellen voor de verwarming van gebouwen of voor de aanmaak van warm verbruikswater, het besluit van de Vlaamse Regering van 12 december 2008 tot uitvoering van titel XVI van het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, het Energiebesluit van 19 november 2010 en het besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, wat betreft de Mijn Verbouwpremie, inzonderheid Titel VII, Hoofdstuk IX
Besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 6 juni 2019 betreffende goedkeuring van de overeenkomst met statutaire draagkracht van de Interlokale Vereniging Woonbeleid regio Izegem.
Besluit van de gemeenteraad van 2 september 2021 betreffende Nieuwe samenwerkingsovereenkomst ENERGIEhuis WVI: goedkeuren (GR/2021/123).
Besluit van de gemeenteraad van 6 juli 2023 betreffende Wonen en klimaat: erkenning energiehuis regio Izegem: bekrachtiging van het besluit van 7 juni 2023 van het college van burgemeester en schepenen.
Besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 7 september 2023 betreffende Energiehuis: wijziging van de territoriale werking - goedkeuring
Besluit van het vast bureau van 16 april 2025 betreffende goedkeuring van het meerjarenbudget Woondienst Regio Izegem 2026-2031.
In 2019 werden er financiële afspraken gemaakt met de gemeenten, die deel uitmaken van de Woondienst Regio Izegem voor de volledige BBC-periode 2020-2025.
Deze hadden o.m. betrekking op de toelagen voor de werking van Wonen & Werken.
De 5 gemeente- en OCMW-raden keurden in 2019 een aanpassing van de samenwerkingsovereenkomst goed, waarin de werkingstoelagen werden vastgelegd voor die volledige termijn, dus tot en met 2025.
De werking van het Sociaal Verhuurkantoor (SVK) zat eveneens vervat in deze samenwerkingsovereenkomst.
Het Sociaal Verhuurkantoor werd op 1 juli 2023 echter overgedragen naar de nieuwe woonmaatschappijen ten gevolge van een beslissing van de Vlaamse overheid.
De SVK-werking kon rekenen op Vlaamse subsidies. Voor Wonen & Werken zijn er geen Vlaamse subsidies voorzien.
In 2023 beslisten de 5 gemeenteraden, na gezamenlijke bespreking tussen de 5 gemeenten en de Woondienst, om een eigen erkenning aan te vragen als Energiehuis.
Hiervoor werden eveneens financiële afspraken gemaakt om een vlotte startperiode te kunnen garanderen voor het Energiehuis, en om een meerwaarde te kunnen realiseren in vergelijking met de vorige dienstverlening (vanuit WVI).
Naast Vlaamse subsidies voor het Energiehuis werd er afgesproken dat er voor de periode 2024-2026 een deel van de reserves van de Woondienst zou onttrokken worden.
Daarnaast werd een (beperkte) extra financiële input voorzien van de 5 gemeenten.
Momenteel moeten er nieuwe financiële afspraken gemaakt worden voor de volgende BBC-periode (2026-2031).
Gezien de nauwe verwevenheid met de IGS-werking lokaal woonbeleid, waarvoor tegen september 2025 het nieuw subsidiedossier moet ingediend worden bij Wonen in Vlaanderen (na goedkeuring door de gemeenteraden), is het noodzakelijk om nu reeds duidelijkheid te hebben over de financiële afspraken met de gemeenten.
De financiële afspraken bouwen verder op de vorige. Er zijn geen spectaculaire wijzigingen, het is vooral de bedoeling om de huidige lopende werking te kunnen consolideren.
Door een aantal factoren (vnl. de onverwachte stijging van de loonkosten de afgelopen jaren ten gevolge van loonindexeringen) dient er wel een extra financiële inspanning te gebeuren om dit te kunnen realiseren.
Het voorstel gaat uit van volgende stijging van de werkingstoelagen:
Naast de Vlaamse subsidies en gemeentelijke werkingstoelagen is in het voorstel voorzien dat er een substantieel deel van de reserves van de Woondienst zal aangewend worden, evenwel met behoud van voldoende buffer om geen liquiditeitsproblemen te veroorzaken.
Toelichting door mevrouw Vervaeck, schepen.
De nodige kredieten zullen ingeschreven worden in het meerjarenplan 2026 -2031.
De uitgave zal voorzien worden in meerjarenplan 2026-2031, op het exploitatiekrediet van het OCMW voor het jaar 2026 t.e.m. 2031: IP-geen, actie 2212, budgetrekening 0930-00/6494010-440.
Het gunstig voorwaardelijk visum nummer VSM/2025/038 van 26 augustus 2025 van de heer Masschaele, financieel directeur.
niet van toepassing
De heer Behaeghe, raadslid.
Artikel 1
De raad voor maatschappelijk welzijn keurt de samenwerkingsovereenkomst Energiehuis Regio Izegem en Wonen & Werken goed als volgt:
SAMENWERKINGSOVEREENKOMST
ENERGIEHUIS REGIO IZEGEM & WONEN EN WERKEN
Goedgekeurd door de gemeenteraden van
en de OCMW-raden van
Tussen:
de Woondienst Regio Izegem,
welzijnsvereniging volgens het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, deel 3, titel 4, hoofdstukken 1 en 2;
enerzijds;
en
het stadsbestuur en het OCMW van Izegem;
het gemeentebestuur en het OCMW van Ledegem;
het gemeentebestuur en het OCMW van Ingelmunster;
het gemeentebestuur en het OCMW van Oostrozebeke;
het gemeentebestuur en het OCMW van Wielsbeke;
anderzijds;
wordt overeengekomen:
Artikel 1
§1
Deze overeenkomst heeft tot doel om afspraken te maken i.v.m. de inzet van het Energiehuis en van Wonen & Werken in de vijf voornoemde gemeenten (beide afdelingen maken deel uit van de Woondienst Regio Izegem).
Concreet gaat het om volgende activiteiten:
Deze opsomming is niet limitatief en kan in samenspraak met de gemeenten door de raad van bestuur van de Woondienst worden uitgebreid.
§2
Deze overeenkomst gaat in op 1/1/2026 en loopt ten einde op 31/12/2031. In de loop van het eerste semester van 2031 zal een eventuele aanpassing van de overeenkomst onderhandeld worden voor de daarop volgende jaren.
Artikel 2
§1
Er wordt gestreefd naar een evenwichtige inzet van het Energiehuis en van Wonen & Werken in de 5 gemeenten.
§2
De 5 voornoemde OCMW’s hebben prioritair de mogelijkheid om een aantal werkzoekenden met een leefloon in te schakelen in Wonen & Werken (via een tewerkstellingscontract artikel 60, §7 of een andere vorm van stage of tewerkstelling).
Op die manier kunnen leerwerknemers werkervaring opdoen.
Begeleiding op de werkvloer gebeurt door de technisch instructeurs en de technisch coördinator.
De psycho-sociale begeleiding gebeurt door een jobcoach van de Woondienst (in nauwe samenwerking met de arbeidstrajectbegeleidingsdiensten van de OCMW’s).
Artikel 3
De Woondienst Regio Izegem zal optreden als werkgever van het personeel dat in de betrokken gemeenten ingezet wordt voor het Energiehuis en voor Wonen en Werken.
Artikel 4
§1
De financiële participatie voor de inzet van de renovatieploeg Wonen en Werken in elke gemeente wordt op basis van volgende verdeelsleutel berekend: er wordt uitgegaan van het patrimonium waarvoor Wonen &Werken wordt ingezet.
Dit komt neer op 65% van de inzet in Izegem en 35% in de andere gemeenten.
De werkingstoelagen worden overeenkomstig verdeeld, waarbij Izegem instaat voor 65% van het totale bedrag, en het resterend aandeel van 35% verdeeld wordt onder de 4 andere gemeenten.
De financiële bijdrage van elke gemeente voor de werking van het Energiehuis wordt als volgt voorzien:
§2
De Woondienst zal voor de werking van het Energiehuis bij het Vlaams Energie en Klimaat Agentschap beroep doen op Vlaamse financiering op basis van de artikelen 7.9.3., 7.9.3./1, 7.9.3/2 en 7.9.3./3 van het Energiebesluit van 19 november 2010 en latere wijzigingen.
§3
De financiële participatie voor de inzet van de renovatieploeg Wonen en Werken in elke gemeente wordt op basis van volgende verdeelsleutel berekend: er wordt uitgegaan van het patrimonium, waarvoor Wonen & Werken wordt ingezet.
Dit komt grosso modo neer op 65% in Izegem en 35% in de andere gemeenten.
De toelage voor Izegem komt op 65% van de totale werkingstoelage, de overige 35% wordt verdeeld onder de 4 andere gemeenten.
De financiële bijdrage van elke gemeente voor de werking van Wonen & Werken wordt als volgt voorzien:
Artikel 5
Binnen de termijn van deze overeenkomst wordt jaarlijks een evaluatieverslag gemaakt over de behaalde resultaten van deze intergemeentelijke samenwerking.
Het verslag wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de algemene vergadering van de Woondienst Regio Izegem, en ter kennisgeving aan de gemeente- en OCMW-besturen van de ondertekenende partners.
In naam van de partners, zijnde,
Stadsbestuur Izegem en OCMW Izegem,
De heer Nigel Casier de heer Anton Jacobus
voorzitter algemeen directeur
Gemeente en OCMW Ingelmunster
mevrouw Veerle Depuydt de heer Ir. Dominik Ronse
voorzitter algemeen directeur
Gemeente en OCMW Ledegem
de heer Bart Dochy de heer Marijn De Vos
voorzitter algemeen directeur
Gemeente en OCMW Oostrozebeke
de heer Hans Claerhout de heer Carl Vereecke
voorzitter algemeen directeur
Gemeente en OCMW Wielsbeke
de heer Vincent Herman de heer Bruno Debrabandere
voorzitter algemeen directeur
de Woondienst Regiio Izegem
mevrouw Nadia Staes de heer Benoit Sintobin
voorzitter secretaris.
Artikel 2
Afschrift van deze beslissing wordt ter kennisgeving overgemaakt aan de Woondienst Regio Izegem.
De Interlokale Vereniging (ILV) Woonbeleid Regio Izegem wenst in september een nieuwe subsidieaanvraag in te dienen voor het intergemeentelijk project ter ondersteuning van het lokaal woonbeleid 2026-2031 (IGS 5.0).
Een aanvraagdossier moet uiterlijk op 30 september 2025 ingediend worden, en moet goedgekeurd worden door de 5 aangesloten gemeenten.
De Vlaamse Codex Wonen van 2021, het laatst gewijzigd bij decreet van 20 december 2024 betreffende Decreet Programmadecreet bij de begroting van 2025.
Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021, het laatst gewijzigd bij besluit van 23 mei 2025 tot wijziging van het Energiebesluit van 19 november 2010, het Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021, het besluit van de Vlaamse Regering van 4 februari 2022 tot oprichting van een uniek loket voor de aanvraag en behandeling van bepaalde woon- en energiepremies en tot wijziging van het Energiebesluit van 19 november 2010, en het Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021, en het besluit van de Vlaamse Regering van 16 juni 2023 tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 8 december 2006 betreffende het onderhoud en het nazicht van centrale stooktoestellen voor de verwarming van gebouwen of voor de aanmaak van warm verbruikswater, het besluit van de Vlaamse Regering van 12 december 2008 tot uitvoering van titel XVI van het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, het Energiebesluit van 19 november 2010 en het besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, wat betreft de Mijn Verbouwpremie, inzonderheid artikelen 2.11 tot en met 2.32.
Besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 6 juni 2019 betreffende Interlokale vereniging Woonbeleid Regio Izegem: overeenkomst met statutaire draagkracht: wijziging: goedkeuren.
Besluit van het vast bureau van 16 april 2025 betreffende Meerjarenbudget Woondienst Regio Izegem 2026 - 2031.
De Interlokale Vereniging (ILV) Woonbeleid Regio Izegem wenst in september een nieuwe subsidieaanvraag in te dienen voor het intergemeentelijk project ter ondersteuning van het lokaal woonbeleid 2026-2031 (IGS 5.0).
Goedkeuring hiervan zou een verlenging inhouden van de Vlaamse subsidiëring voor de uitvoering van het lokaal woonbeleid in regio Izegem (gemeenten Izegem, Ingelmunster, Ledegem, Oostrozebeke en Wielsbeke).
Een aanvraagdossier moet uiterlijk op 30 september 2025 ingediend worden.
Inhoudelijk wordt het dossier gebaseerd op de bepalingen in het Besluit van de Vlaamse Codex Wonen van 2021, artikelen 2.11 tot en met 2.32.
Dit dossier moet vooraf goedgekeurd worden door de 5 raden voor maatschappelijk welzijn en gemeenteraden van het werkingsgebied van de Woondienst Regio Izegem.
Zoals ook vorige jaren is gebeurd is zal dat de welzijnsvereniging Woondienst Regio Izegem vervolgens instaan voor de concrete uitvoering.
Naast de basisfinanciering voor de uitvoering van de verplichte initiatieven m.b.t de 3 beleidsprioriteiten (waarvoor een engagementsverklaring gevraagd wordt), wil ILV Woonbeleid Regio Izegem ook eigen initiatieven voorstellen en daarvoor aanvullende subsidiëring aanvragen.
De focus in de nota ligt op een samenhangend en versterkt programma van eigen initiatieven in het kader van beleidsprioriteit 3.
Er werd een ontwerpnota opgesteld met motivering en toelichting over het plan van aanpak.
Deze nota werd vooraf doorgestuurd naar het agentschap Wonen in Vlaanderen en kreeg een positief advies (zie bijlage).
Woonbeleid Regio Izegem zal daarnaast een aantal eigen initiatieven m.b.t. beleidsprioriteiten 1 en 2 verder zetten, maar ze worden niet opgenomen in de nieuwe subsidieaanvraag (is geen vereiste volgens de nieuwe subsidiëring).
Toelichting door mevrouw Vervaeck, schepen.
niet van toepassing
niet van toepassing
De heer Behaeghe, raadslid.
Artikel 1
Het dossier van de Interlokale Vereniging Woonbeleid Regio Izegem voor de aanvraag van een subsidie voor een intergemeentelijk project ter ondersteuning van het lokaal woonbeleid 2026 – 2031 (IGS 5.0.) wordt goedgekeurd en kan ingediend worden bij het agentschap Wonen in Vlaanderen.
Artikel 2
Het OCMW van Oostrozebeke engageert zich tot het uitvoeren van de basisinitiatieven, vermeld in de artikelen 2.7-2.9 en 2.14-2.16 van het Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021 en zoals blijkt uit de overeenkomst met statutaire draagkracht van de Interlokale Vereniging Woonbeleid Regio Izegem, goedgekeurd door de gemeenteraad en raad voor maatschappelijk welzijn van Oostrozebeke op 4 september 2025.
Artikel 3
Afschrift van deze beslissing wordt ter kennisgeving overgemaakt aan de Woondienst Regio Izegem.
De mail van 26 juni 2025 van Johan Vandenbussche, coördinator Welzijn van DVV Midwest betreffende de samenwerkingsovereenkomst m.b.t. nachtopvang.
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, het laatst gewijzigd bij decreet van 6 december 2024 tot wijziging van artikel 6 van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, wat betreft een verbeterende akte als gevolg van een arrest dat de verkiezingsuitslag wijzigt.
Besluit van het college op 4 juni 2025 om deel te nemen aan de nachtopvang 't Posthuis voor dak-en thuislozen.
Het OCMW van Roeselare is eigenaar van en baat de nachtopvang ’t Posthuis voor daklozen uit.
De nachtopvang is gelegen in de Brugsesteenweg 44 in Roeselare.
De nachtopvang biedt een tijdelijk onderdak tijdens de nacht aan personen die niet terecht kunnen in hun eigen netwerk of andere opvangvormen (hierna genoemd als ‘dakloze persoon’).
De nachtopvang heeft een capaciteit voor maximum 21 personen.
De nachtopvang is elke avond/nacht van het jaar open (m.u.v. overmachtssituaties die het uitbaten van de nachtopvang onmogelijk maken).
De nachtopvang staat open voor dakloze personen die een (recent) aanknopingspunt hebben met een gemeente, waarvan het OCMW een samenwerkingsovereenkomst heeft afgesloten.
Deze overeenkomst verdeelt de verantwoordelijkheden en kosten verbonden aan de nachtopvang tussen de partners die deze overeenkomst afsluiten.
Het OCMW betaalt hiervoor een forfaitair bedrag van 550 euro.
Deze financiële bijdrage is:
Voor elke nacht dat een dakloos persoon op verwijzing van het OCMW of op verwijzing van de woondienst of het CAW, in samenspraak met het OCMW in de nachtopvang verblijft, wordt de bundel van 10 nachten -opgenomen in het forfaitair bijdrage- met één nacht verminderd.
De niet gebruikte nachten op het einde van deze samenwerkingsovereenkomst worden niet terugbetaald.
Bij het overschrijden van de 10 nachten, wordt elke overnachting in de nachtopvang van elke volgende dakloze persoon gefactureerd aan 55 euro per nacht.
Deze overeenkomst treedt in werking op 1 oktober 2025 en geldt voor één jaar, t.e.m. 30 september 2026.
Toelichting door mevrouw Vervaeck, schepen en voorzitter van het bijzonder comité voor de sociale dienst.
De uitgave moet voorzien in het meerjarenplan op het exploitatiekrediet, op actie 1333 budgetrekening 0900-02/6135900.
niet van toepassing
niet van toepassing
Artikel 1
De raad voor maatschappelijk welzijn keurt volgende overeenkomst goed:
Tussen OCMW Roeselare,
vertegenwoordigd door Kris Declercq, voorzitter vast bureau en Geert Sintobin, algemeen directeur,
en
het OCMW Oostrozebeke,
vertegenwoordigd door Carl Vereecke, algemeen directeur en Luc Derudder, voorzitter vast bureau,
en
de Woondienst regio Izegem,
vertegenwoordigd door Sintobin Benoit,
en
het CAW Centraal West-Vlaanderen,
vertegenwoordigd door Charlotte Dewitte
Artikel 1.
Doelstelling van deze samenwerkingsovereenkomst
OCMW Roeselare is eigenaar van en baat de nachtopvang ’t PosThuis voor daklozen uit.
De nachtopvang is gelegen in de Brugsesteenweg 44 in Roeselare.
De nachtopvang biedt een tijdelijk onderdak tijdens de nacht aan personen, die niet terecht kunnen in hun eigen netwerk of andere opvangvormen (hierna genoemd als ‘dakloze persoon’).
De nachtopvang heeft een capaciteit voor maximum 21 personen.
De nachtopvang is elke avond/nacht van het jaar open (m.u.v. overmachtssituaties die het uitbaten van de nachtopvang onmogelijk maken).
De nachtopvang staat open voor dakloze personen, die een (recent) aanknopingspunt hebben met een gemeente, waarvan het OCMW onderhavige samenwerkingsovereenkomst heeft afgesloten (zie verder artikel 3).
Deze overeenkomst verdeelt de verantwoordelijkheden en kosten verbonden aan de nachtopvang tussen de partners, die deze overeenkomst afsluiten.
Artikel 2.
Doelstelling van de nachtopvang
De nachtopvang streeft naar het verbeteren van de leefomstandigheden van dakloze personen, specifiek van personen met een (recent) aanknopingspunt met de gemeente Oostrozebeke.
Dit wordt gerealiseerd door het bieden van ‘bed – bad – brood’.
Een persoon die een plaats voor de komende nacht in de nachtopvang toegewezen krijgt, kan beroep doen op volgende dienstverlening vanuit de nachtopvang:
Het verblijf in de nachtopvang is tijdelijk van aard en kan nooit beschouwd worden als een structurele oplossing voor dak- en thuisloosheid.
Daarom moet een verblijf in de nachtopvang steeds gekoppeld worden aan een hulpverleningstraject met een hulpverleningspartner, waarin stappen worden gezet om de dak- en thuisloosheid op te heffen.
Het verblijf in de nachtopvang wordt beperkt tot maximum 20 nachten per maand, en dit om de tijdelijkheid van de opvang te benadrukken.
Artikel 3.
Doelgroep nachtopvang
Enkel personen die voldoen aan volgende cumulatieve voorwaarden, kunnen beroep doen op de nachtopvang:
Een verwijzing vanuit het OCMW, de Woondienst of het CAW betekent evenwel nog geen garantie op een overnachting in de nachtopvang.
De dakloze persoon moet zelf nog inbellen om een bed te reserveren (zie artikel 5).
Artikel 4.
Verwijzing vanuit het OCMW, de Woondienst of het CAW
OCMW Oostrozebeke kan dakloze personen, waarvoor zij territoriaal bevoegd zijn op basis van de feitelijke verblijfplaats van de betrokkene op hun grondgebied, én die voldoen aan de voorwaarden opgesomd in artikel 3 van deze overeenkomst verwijzen naar de nachtopvang.
Dakloze personen die voldoen aan de voorwaarden beschreven in artikel 3 van deze overeenkomst, kunnen ook door de Woondienst of het CAW doorverwezen worden.
Dit kan evenwel enkel na overleg met het OCMW dat territoriaal bevoegd is.
De verwijzing door OCMW Oostrozebeke, Woondienst of CAW gebeurt door het invullen van een online-formulier.
Naast persoonsgegevens wordt ook de geldigheidsduur van aanmelding opgegeven in het online-formulier.
De verwijzende dienst bepaalt voor welke periode de verwijzing wordt toegekend.
Een verwijzing kan maximum voor 2 weken toegekend worden.
De gegevens worden automatisch verzonden naar de nachtopvang ’t Posthuis.
De verwijzende partner ontvangt een bevestiging dat de verwijzing geregistreerd staat.
Vanaf ontvangst van de bevestiging, kan de dakloze persoon inbellen om een bed in de nachtopvang te reserveren en dit gedurende de afgesproken periode.
Bij afloop van de afgesproken verwijsperiode, kan het OCMW, de Woondienst of het CAW opnieuw een verwijzing versturen naar de nachtopvang voor de dakloze persoon, zolang deze voldoet aan de voorwaarden omschreven in artikel 3.
Dit kan pas na contactname tussen de doorverwijzer en de dakloze persoon.
De Woondienst en het CAW kunnen enkel verwijzen voor een nieuwe periode na overleg met het OCMW dat territoriaal bevoegd is.
De verwijzende dienst engageert zich om:
Artikel 5.
Reserveren van een bed
Een bed reserveren gebeurt door de dakloze persoon zelf.
Hij kan elke werkdag inbellen op het gratis nummer 0800 20920 van 11u tot 12u, en van maandag tot en met donderdag van 16 u tot 16.30 u.
De betrokkene kan hierbij worden bijgestaan door een vertrouwenspersoon of een zorg- of hulpverlener van een sociale organisatie.
Bij het inbellen kan op maandag t.e.m. donderdag enkel voor de volgende nacht een bed worden gereserveerd.
Op vrijdag kan er worden ingebeld voor de komende nachten t.e.m. zondag.
In volgorde van inbellen worden de 21 plaatsen toegewezen.
Ingeval de 21 plaatsen werden toegewezen, komen de volgende bellers op een reservelijst te staan.
De personen op de reservelijst kunnen bij opstart van de nachtopvang nog worden opgebeld door de aanwezige begeleiding van de nachtopvang.
Dit gebeurt enkel ingeval een persoon die een plaats kreeg toegewezen, niet opdaagt.
Zij krijgen dan alsnog de kans om die nacht gebruik te maken van de nachtopvang.
Artikel 6.
Personen zonder verwijzing vanuit een OCMW, de Woondienst of het CAW
In een periode van 3 maanden kunnen dakloze personen maximaal 2 keer inbellen om een bed reserveren, zonder dat ze al verwezen zijn door een OCMW, Woondienst of CAW, dat deel uitmaakt van deze samenwerkingsovereenkomst.
Tijdens het telefonisch contactmoment met de nachtopvang wordt bevraagd of betrokken persoon feitelijk verblijft in een gemeente waarvan het betrokken OCMW deel uitmaakt van het samenwerkingsverband.
Indien wel, kan er een bed toegewezen worden.
Indien niet, wordt men niet ingeschreven in de nachtopvang.
Indien een bed effectief werd toegewezen en de dakloze persoon in de nachtopvang verblijft, wordt een KSZ-onderzoek uitgevoerd door een medewerker van nachtopvang.
Er wordt afgetoetst of de persoon voldoet aan de gestelde criteria van de doelgroep (zie artikel 3).
Indien de dakloze persoon niet voldoet aan de doelgroep-criteria, kan de persoon niet meer inbellen om een bed te reserveren.
Indien de persoon wel voldoet aan de doelgroep-criteria, kan de persoon enkel verder gebruik maken van de nachtopvang indien hij wordt verwezen door het OCMW, de Woondienst of het CAW.
De begeleiding van de nachtopvang ondersteunt de persoon om (verder) connectie te leggen met het OCMW van de gemeente, waar er reeds een lopend traject is of waar de dakloze persoon feitelijk verblijft (los van de intentionele verblijf in de nachtopvang om te overnachten).
Artikel 7.
Financiering
De nachtopvang van OCMW Roeselare biedt deze dienstverlening aan dakloze persoon met binding met gemeente Oostrozebeke op voorwaarde dat OCMW Oostrozebeke mee financiert in de kostprijs van de uitbating van de nachtopvang.
OCMW Oostrozebeke betaalt een forfaitair bedrag van 550 euro.
Deze financiële bijdrage is:
Voor elke nacht dat een dakloos persoon op verwijzing van OCMW Oostrozebeke-of op verwijzing van de Woondienst of het CAW, in samenspraak met OCMW Oostrozebeke in de nachtopvang verblijft, wordt de bundel van 10 nachten -opgenomen in het forfaitair bijdrage- met één nacht verminderd.
De niet gebruikte nachten op het einde van deze samenwerkingsovereenkomst worden niet terugbetaald.
Bij het overschrijden van de 10 nachten, wordt elke overnachting in de nachtopvang van elke volgende dakloze persoon op doorverwijzing van OCMW Oostrozebeke-of op doorverwijzing van de Woondienst of het CAW in samenspraak met OCMW Oostrozebeke gefactureerd aan OCMW Oostrozebeke t.b.v. € 55,00 per nacht.
Het verblijf in de nachtopvang is kosteloos voor de dakloze persoon.
De kost van verblijf wordt door het OCMW niet verrekend aan de dakloze persoon.
Artikel 8.
Territoriale bevoegdheid voor dakloze personen
Net zoals van elk OCMW verwacht wordt, wordt ook van elk deelnemend OCMW aan dit samenwerkingsverband, verwacht dat ze hun territoriale bevoegdheid voor dakloze personen inzake individueel maatschappelijke dienstverlening opneemt, zoals voorzien in de OCMW-wet van 2 april 1965.
Bij wijziging van de territoriale bevoegdheid in een lopende hulpverlening wordt een overmaking van een hulpvraag conform de regels inzake bevoegdheidswijziging verwacht[4].
Het verwijzen van een cliënt naar de nachtopvang ’t PosThuis maakt geen wijziging van de feitelijke verblijfplaats van de dakloze uit, gelet op het karakter van ‘intentioneel verblijf’ in de nachtopvang.
Artikel 9.
Verwerking van persoonsgegevens
In het kader van deze samenwerking worden persoonsgegevens van personen verwerkt.
De verwijzende partij (OCMW, Woondienst of CAW) bezorgt deze gegevens aan de nachtopvang met het oog op de reservatie en toewijzing van een bed.
De partijen treden in deze beperkte gegevensuitwisseling op als gezamenlijke verwerkingsverantwoordelijken in de zin van artikel 26 van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG), aangezien zij gezamenlijk het doel en de middelen van de verwerking bepalen.
De persoonsgegevens (naam, geboortedatum, telefoonnummer, geslacht, plaats van (laatste) domicilie, gezinssituatie, nationaliteit, inkomensbron en informatie over dakloosheid) van de betrokkene worden enkel doorgegeven aan de nachtopvang nadat de betrokkene hiervoor mondeling toestemming heeft gegeven aan de verwijzende partij.
De betrokkene wordt daarbij ook geïnformeerd over zijn rechten op grond van de AVG.
De betrokkene kan zijn rechten uitoefenen ten aanzien van elk van de betrokken partners.
De namen van de bezoekers worden geregistreerd en bij de facturatie doorgegeven aan de betrokken partners.
Andere gegevens die tijdens de aanmelding worden opgevraagd, worden geanonimiseerd bijgehouden en uitsluitend gebruikt voor rapportagedoeleinden.
Deze geanonimiseerde gegevens laten geen identificatie van individuele personen toe.
Gelet op het beperkte karakter van de gedeelde persoonsgegevens en het ontbreken van gevoelige of bijkomende gegevensdeling, volstaat deze bepaling als regeling in de zin van artikel 26 AVG.
Elke partij neemt passende technische en organisatorische maatregelen om de persoonsgegevens te beschermen en eerbiedigt de rechten van de betrokkenen.
De partijen informeren de betrokkenen afzonderlijk overeenkomstig artikel 13 AVG, via hun eigen privacyverklaring.
Artikel 10.
Huishoudelijk reglement nachtopvang 't PosThuis
In de nachtopvang ’t Posthuis geldt een huishoudelijk reglement, teneinde de rust en veiligheid van elke persoon te garanderen.
Indien een persoon zich niet houdt aan dit reglement, wordt een sanctie opgelegd in de vorm van een schorsing van toegang.
Een sanctie wordt (in de mate van het mogelijke) vanuit de nachtopvang gecommuniceerd aan de persoon, waarbij zowel de reden als de duur van de schorsing van toegang meegegeven wordt.
Op vraag van de verwijzende dienst kan informatie opgevraagd worden over de schorsing van toegang.
De nachtopvang behoudt zich het recht van het huishoudelijke reglement te wijzigen zonder voorafgaandelijk overleg met de partners van het samenwerkingsverband.
Artikel 11.
Overleg en evaluatie
Ten laatste 1 maand voor de afloop van de einddatum van deze samenwerkingsovereenkomst wordt de samenwerking met alle partners die een samenwerking hebben afgesloten met OCMW Roeselare inzake de nachtopvang geëvalueerd.
De verantwoordelijke van de nachtopvang van OCMW Roeselare neemt hiertoe het initiatief.
Op elk moment kan overleg met één of meerdere betrokken partners gevraagd worden.
De verantwoordelijke van de nachtopvang van OCMW Roeselare verbindt zich er desgevallend toe om dit overleg binnen de maand te organiseren.
Artikel 12.
Datum van inwerkingtreding
Deze overeenkomst treedt in werking op 1 oktober 2025 en geldt voor één jaar, t.e.m. 30 september 2026.
Opgemaakt te Oostrozebeke op 5 september 2025 in vier exemplaren, waarbij elke partij bevestigt één exemplaar te hebben ontvangen.
Namens OCMW Roeselare:
Namens OCMW Oostrozebeke:
Namens Woondienst regio Izegem:
Namens CAW Centraal West-Vlaanderen:
---------------------
[1] Personen met illegaal verblijf zijn beperkt in maatschappelijke dienstverlening tot dringende medische hulp (art. 57§2 OCMW-wet).
[2] Indien reeds erkenning vluchtelingenstatus of subsidiaire bescherming is code 207 niet meer geldig.
[3] Dit betekent dat model 1 of 2 is overgemaakt aan de dienst Burgerzaken van de gemeente.
Artikel 2
Het vast bureau wordt gemachtigd voor de uitvoering van dit besluit, onder meer de ondertekening van de overeenkomst en het uitvoeren en het opvolgen van deze overeenkomst.
E-mail van CAW-Centraal-West-Vlaanderen, mevrouw Eveline Bohez van 26 juni 2025 betreffende beleidsplan en samenwerkingsovereenkomst BIZ 2026-2030.
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, het laatst gewijzigd bij decreet van 6 december 2024 tot wijziging van artikel 6 van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, wat betreft een verbeterende akte als gevolg van een arrest dat de verkiezingsuitslag wijzigt.
Besluit van de Vlaamse Regering van 17 november 2017 tot wijziging van artikel 7bis, 7ter en 11septies van het besluit van de Vlaamse Regering van 25 maart 1997 tot uitvoering van het decreet van 24 juli 1996 houdende regeling tot erkenning en subsidiëring van de instellingen voor schuldbemiddeling in de Vlaamse Gemeenschap.
Besluit van de Vlaamse Regering van 31 januari 2014 betreffende wijz. diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering 25 maart 1997 tot uitvoering van het decreet 24 juli 1996 houdende regeling tot erkenning en subsidiëring van de instellingen voor schuldbemiddeling en tot subsidiëring van een Vlaams Centrum Schuldenlast.
Besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 6 juni 2019 betreffende samenwerkingsovereenkomst BIZ centraal-West-Vlaanderen: goedkeuren.
Sinds 15 december 2011 subsidieert de Vlaamse overheid, kabinet Welzijn, Volksgezondheid & Gezin 11 regionale samenwerkingsverbanden rond schuldpreventie in Vlaanderen en Brussel.
Sinds 2014 worden deze samenwerkingsverbanden ‘BudgetInZicht’ (BIZ) structureel verankerd en gesubsidieerd conform de bepalingen in het besluit van de Vlaamse regering.
Deze overeenkomst heeft tot doel de inhoudelijke en financiële rol van BIZ en de 32 OCMW's te formaliseren binnen de realisatie van het samenwerkingsverband in regio Centraal-West-Vlaanderen.
De missie van BIZ is om schuldoverlast structureel te voorkomen en terug te dringen via preventie-initiatieven en via kwalitatieve en integrale budget- en schuldhulpverlening.
Er werd in 2019 reeds een samenwerkingsovereenkomst afgesloten.
Deze werd nu geactualiseerd.
In de huidige overeenkomst werd aangevuld:
In het bijgevoegd beleidsplan worden de acties uitgewerkt.
Toelichting door mevrouw Vervaeck, schepen en voorzitter van het bijzonder comité voor de sociale dienst.
niet van toepassing
niet van toepassing
niet van toepassing
Artikel 1
De raad voor maatschappelijk welzijn keurt volgende overeenkomst goed:
Tussen:
het samenwerkingsverband BudgetInZicht (BIZ) Centraal-West-Vlaanderen,
vertegenwoordigd door haar budgethouder CAW Centraal-West-Vlaanderen,
op haar beurt vertegenwoordigd door:
mevrouw Charlotte Dewitte, algemeen directeur;
en
de erkende instelling voor schuldbemiddeling OCMW Oostrozebeke,
lid van het BIZ-samenwerkingsverband,
vertegenwoordigd door:
de heer Luc Derudder, voorzitter vast bureau, en de heer Carl Vereecke, algemeen directeur,
wordt het volgende overeengekomen:
1. Situering van de overeenkomst
Sinds 15 december 2011 subsidieert de Vlaamse overheid, Departement Zorg, 11 regionale samenwerkingsverbanden rond schuldpreventie in Vlaanderen en Brussel.
Sinds 2014 worden deze samenwerkingsverbanden ‘BudgetInZicht’ (BIZ) structureel verankerd en gesubsidieerd conform de bepalingen in het Besluit van de Vlaamse Regering van 31 januari 2014 (zie bijlage).
Met dit samenwerkingsakkoord willen we afspraken vastleggen tussen de hieronder genoemde partners binnen het BIZ-samenwerkingsverband in regio Centraal-West-Vlaanderen:
| Erkende instellingen voor schuldbemiddeling |
|
| 1. OCMW Ardooie |
16. OCMW Alveringem |
| 2. OCMW Hooglede |
17. OCMW De Panne |
| 3. OCMW Lichtervelde |
18. OCMW Koksijde |
| 4. OCMW Ledegem |
19. OCMW Nieuwpoort |
| 5. OCMW Moorslede |
20. OCMW Veurne |
| 6. OCMW Roeselare |
21. OCMW Heuvelland |
| 7. OCMW Staden |
22. OCMW Ieper |
| 8. OCMW Ingelmunster |
23. OCMW Langemark-Poelkapelle |
| 9. OCMW Izegem |
24. OCMW Lo-Reninge |
| 10. OCMW Lendelede |
25. OCMW Mesen |
| 11. OCMW Oostrozebeke |
26. OCMW Zonnebeke |
| 12. OCMW Pittem |
27. OCMW Diksmuide |
| 13. OCMW Tielt |
28. OCMW Houthulst |
| 14. OCMW Wingene |
29. OCMW Poperinge |
| 15. OCMW Dentergem |
30. OCMW Vleteren |
| 31. CAW Centraal-West-Vlaanderen |
|
| Erkende verenigingen waar armen het woord nemen (VWAHWN) |
|
| 32. t’ Hope Roeselare |
33. ’t Kringske Izegem |
2. Missie en doelstellingen van het samenwerkingsverband
De missie van het samenwerkingsverband is om structureel (herval in) schuldenlast te voorkomen en terug te dringen via preventie-initiatieven en via toegankelijke, cliëntgerichte en integrale budget- en schuldhulpverlening.
BIZ positioneert zich hierbij als een netwerkorganisatie inzake schuldpreventie en kwaliteitsvolle budget- en schuldhulpverlening.
Het samenwerkingsverband realiseert de volgende strategische doelstellingen (cfr. Besluit Vlaamse Regering 31.01.14) en operationele doelstellingen (geformuleerd in overleg met alle 11 BIZ-regio’s):
3.1. aansturing van het samenwerkingsverband
De regionale stuurgroep tekent de inhoudelijke en strategische lijnen van BIZ uit, volgt die op en stuurt bij waar nodig.
De BIZ-coördinator maakt de agenda op, zit de vergaderingen voor en bezorgt na afloop een verslag aan alle leden.
In de stuurgroep zetelen een afvaardiging van OCMW’s (minimum 2 per ELZ), CAW Centraal-West- Vlaanderen, de GBO-projectmedewerkers en de vzw Schuldbemiddeling.
De stuurgroep komt 2 keer per jaar samen.
Gezien onze uitgestrekte regio vindt dit overleg doorgaans digitaal plaats.
De stuurgroepleden krijgen het mandaat van hun organisatie om inhoudelijke knopen door te hakken en financiële beslissingen te nemen over het BIZ-actieplan.
Voor ingrijpende inhoudelijke of financiële beslissingen wordt steeds voldoende tijd voorzien voor terugkoppeling binnen de eigen organisatie.
CAW Centraal-West-Vlaanderen neemt het budgethouderschap op zich en dient op vraag van de minister jaarlijks volgende documenten in bij het Departement Zorg:
3.2. Gezamenlijke uitwerking van beleidsplan en jaaractieplannen
De inhoud en doestellingen van deze beleidsplannen en de concrete vertaling in acties worden steeds in wederzijds overleg met de stuurgroep bepaald.
We spelen hierbij in op de noden van verschillende doelgroepen en stakeholders binnen de regio.
In bijlage is het beleidsplan voor 2026-2030 terug te vinden dat is opgemaakt in overeenstemming met alle leden van het samenwerkingsverband en is goedgekeurd door de stuurgroep.
3.3. Overleg en afstemming binnen het samenwerkingsverband
Elk lid van het samenwerkingsverband duidt een diensthoofd en/of maatschappelijk werker aan tot wie BIZ alle communicatie richt. Deze aanspreekpersonen fungeren als sleutelfiguur in de samenwerking. Van hen wordt verwacht dat zij:
Met de 2 erkende verenigingen waar armen het woord nemen uit de regio vindt min.
1 keer per jaar een afstemmingsoverleg plaats om uit te wisselen over de doelstellingen, acties en signalen
m.b.t. schuldpreventie en budget- en schuldhulpverlening, die leven binnen BIZ en de verenigingen.
We exploreren hoe we elkaars werking maximaal kunnen versterken en op welke terreinen we de ervaringsdeskundigheid uit de verenigingen kunnen inzetten binnen het ruimere samenwerkingsverband.
BIZ sluit zowel in subregio Westhoek als in subregio Mid-West 1 keer per jaar aan op dit overlegplatform om een stand van zaken te geven van het actieplan aan alle OCMW- diensthoofden.
Zij kunnen op hun beurt input en feedback meegeven aan BIZ.
BIZ brengt de leden van het samenwerkingsverband regelmatig samen met ruimte voor ontmoeting, uitwisseling van goede praktijken en dialoog over de grenzen van de eigen organisatie heen.
BIZ maakt ook gebruik van de gepaste digitale kanalen (o.a. Teams, nieuwsbrief, …) om alle ontwikkelde tools, methodieken en goede praktijken een plaats te geven.
3.4. financiering van het samenwerkingsverband
De Vlaamse overheid, Departement Zorg, kent jaarlijks een subsidie op basis van het inwonersaantal toe aan elk CAW in Vlaanderen en Brussel om in te zetten op de uitrol van het BIZ- samenwerkingsverband.
Voor regio Centraal-West-Vlaanderen wordt jaarlijks een werkingsbudget voorzien, dat ingezet wordt voor de coördinatie van het netwerk en de uitrol van het actieplan.
Binnen de stuurgroep wordt jaarlijks de begroting vastgelegd, rekening houdend met het beleidsplan en jaaractieplan (zie punt 3.2) en actuele ontwikkelingen.
Binnen de stuurgroep wordt de begroting op geregelde tijdstippen opgevolgd en waar nodig bijgestuurd.
Om de financiële balans in evenwicht te houden, maakt BIZ een onderscheid tussen een gratis aanbod en een betalend aanbod, waarop leden van het samenwerkingsverband alsook externe partners (bv. scholen, jongerenorganisaties, sociale diensten VAPH en GGZ, …) kunnen intekenen.
Concrete afspraken rond de kostprijs worden gemaakt op stuurgroepniveau.
Inkomsten verkregen door het uitlenen en verkopen van materialen, worden steeds geïnvesteerd in het samenwerkingsverband.
Deze BIZ-subsidie stijgt echter niet evenredig met de toenemende personeelskosten.
Om de uitrol van het actieplan ook op lange termijn te kunnen blijven realiseren en ruimte voor innovatie te kunnen blijven creëren, zoekt de stuurgroep waar opportuun naar extra projectmatige en structurele inkomsten.
4. Looptijd van de overeenkomst
Deze samenwerkingsovereenkomst loopt voor een periode van 5 jaar, met ingang van één januari 2026 tot en met 31 december 2030.
Deze overeenkomst is opgemaakt in 2 exemplaren te Izegem, op 26 juni 2025.
Voor akkoord met deze overeenkomst, waarvan elke partij verklaart een exemplaar ontvangen te hebben.
| O.C.M.W. Oostrozebeke |
BIZ Centraal West-Vlaanderen |
|
| Carl Vereecke |
Luc Derudder |
Charlotte Dewitte |
| algemeen directeur welzijn |
voorzitter vast bureau |
algemeen directeur |
Artikel 2
Het vast bureau wordt gemachtigd voor de uitvoering van dit besluit, onder meer de ondertekening van de overeenkomst en het uitvoeren en het opvolgen van deze overeenkomst.
De e-mail van raadslid Jean Pierre Vande Maele van 29 augustus 2025 namens de fractie INSPRAAK.nu.
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, het laatst gewijzigd bij decreet van 6 december 2024 tot wijziging van artikel 6 van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, wat betreft een verbeterende akte als gevolg van een arrest dat de verkiezingsuitslag wijzigt.
Besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 7 maart 2019 betreffende huishoudelijk reglement van de OCMW-raad, het laatst gewijzigd bij besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 27 januari 2022, inzonderheid artikel 12.
De vraag van de raadslid Wim Behaeghe.
Het antwoord van Carine Geldhof, schepen.
niet van toepassing
niet van toepassing
niet van toepassing
Er wordt geen besluit genomen.
De voorzitter sluit de zitting op 04/09/2025 om 20:23.
Namens raad voor maatschappelijk welzijn,
Carl Vereecke
algemeen directeur
Hans Claerhout
raadslid-voorzitter